met Oost-Java en Posso, terwijl hij tevens belast is met het Secretariaat, de redactie van het Maandbericht (de eindredactie der Mededeelingen), het archief, de bibliotheek en de leiding van het kantoor.

De nieuwe werkmethode voldoet goed. De beide Directoren komen met den Rector der Zendingsschool tenminste eens per week samen en verder zoo dikwijls als noodig blijkt. In de Directie-vergadering worden alle ontvangen en alle uitgaande brieven besproken. Aan de Uitvoerende Commissie wordt daarvan eens per maand een uitvoerig verslag gegeven. Deze behandelt dan de belangrijkste vragen en meer in het bizonder ook die, welke finantiëele gevolgen hebben. De correspondentie neemt sterk toe, en vooral de notulen der Conferenties vormen kleine boekdeelen door den toenemenden omvang van het werk. Tot 15 Juni 1914 kwamen reeds 122 brieven in van het zendingsveld, tegen 91 in 1913.

De beide Directoren zijn overladen met werk, terwijl nog heel wat meer zou kunnen worden gedaan, als de tijd er niet voor ontbrak. Daarom erkende het Hoofdbestuur, evenals dat van de Utr. Zend. Vereen, en het Sangi- en TalaudComité, de noodzakelijkheid een derden Director te benoemen. Het deed dit met des te meer vrijmoedigheid, omdat de uitgaven voor de binnenlandsche aangelegenheden zoo gering zijn en het getal arbeiders zoo weinig. Buitenlandsche corporaties van gelijken omvang werken met veel meer personeel, wat natuurlijk den arbeid ten goede komt. Daarbij mag men niet uit het oog verliezen, dat onze Directoren niet alleen in dienst staan van het Ned. Zend. Gen., maar ook van twee andere corporaties en Br. Gunning bovendien nog de belangen der Rijnsche Zending hier te lande behartigt, wat mogelijk gemaakt wordt door de onderlinge werkverdeeling. Onze geheele binnenlandsche actie kost niet meer dan 16% °/ 0 van het totale budget, terwijl 25 °/ 0 algemeen aangenomen is als de grens tot welke men gaan mag. Menigmaal wordt gezegd, dat wij zoo duur zijn; dit berust öf op onwelwillendheid öf op onkunde. Onze administratie is voor deskundigen ter inzage.

Met algemeene stemmen heeft het Hoofdbestuur in overleg met de samenwerkende corporaties besloten Dr. F. J. Fokkema, predikant te Westerembden, te benoemen tot derden Director. Deze heeft tot onze blijdschap de benoeming aangenomen en heeft in Mei zijn taak aanvaard. Een deel der correspondentie is hem toevertrouwd.

Ook onze Afdeeling „Binnenlandsche Actie" werd geheel gereorganiseerd. De naam voldoet ons echter niet, maar