Tan waar het mislukken van zoovele pogingen van liefde en menschlievendheid ?

Ik zal u iets anders verhalen, mogelijk brengt u dat op het denkbeeld of er ook eenig verband is tusschen de toestanden hier te lande en in onze overzeesche bezittingen.

Wie eeriigen tijd op Java verkeerd heeft, weet wat opium schuiven beteekent. Gij echter waarde lezer hebt dit waarschijnlijk nooit gezien en toch het is juist bij 'uet opium schuiven, dat ik u een weinig wensch te bepalen. Weet dan dat opium vervaardigd wordt uit het sap van een soort maankop, de witte papaver genaamd, dat men verkrijgt door korten tijd voordat het zaad rijp wordt in den bol te snijden, het melkachtig vocht dat er uitstroomt, hecht zich dan boven op den papaverbol en wordt er later door afschaven van losgemaakt en tot een pap bereid , die men tot koeken vormt van een half kilo en zoo in den handel brengt. Deze koeken worden op allerlei wijze gebruikt, deels als poeder gegeten, ook wel in drank gemengd, vooral echter op Java gerookt, wat opium schuiven genoemd wordt.

Oorspronkelijk werd de opium slechts als geneesmiddel gebruikt, reeds de oude Grieken wisten dat het een slaapwekkend middel was, doch gelijk het meer gaat, wat men eerst als geneesmiddel tegen hevige vermoeidheid of afmatting, tegen lievige krampen enz. geüruikt, wordt later vaak uit gewoonte genomen. Aan niets gewent men zich spoediger dan

aan opium, of liever, niets wordt spoediger een behoefte, dan het gebruik van opium.

Denk daarom niet dat allen die thans aan opium verslaafd zijn, op eens begonnen zijn met een overvloedig gebruik; geenzins, bijna allen zijn met een matig gebruik begonnen, al even als bij het gebruik van sterken drank, menigeen die thans gebruik maakt van dat vocht, had er vroeger een tegenzin in. Maar hoe gaat het meestal: „ik was eens erg vermoeid, of ik voelde mij zoo op, of ik moest een zwaar werk verrichten, of ik wilde mijne vreesachtigheid een weinig te boven komen, en zie ik nam een enkel glas sterken

• drank en ik was weer frisch, ik voelde mij ferm, de angst week." Zoo gaat het hier. Niet anders bij den Javaan. De Javaan is evenzeer wel eens vermoeid ; hij gebruikt geen sterken drank, doch hij heeft een ander middel. Daar ginds is een opiumkit, wacht daar kan hij zich in een oogenblik wat opfrissclien. De Javaan heeft niemand, die hem op liet gevaar opmerkzaam maakt, hij weet niet dat het opiumschuiven zijn ziel verderft en zijn lichaam doodt, daarom is de schuld van den Javaan veel minder groot dan bij ons Christenen; wij toch zijn vau der jeugd aan tegen het gebruik van sterken drank gewaarschuwd. Ons geweten beschuldigt ons spoediger en toch ook onder ons zijn er niettegenstaande, dat alles duizenden , die de verleiding niet weerstaan ; hoe zal dan de Javaan, die niet gewaarschuwd wordt, die slechts