DE VOORUITGANG VAN DEN FRANSCHEN LANDBOUW.

255

vooral door de landbouwers de enorme sommen betaald worden, die Frankrijk sedert de omwenteling heeft moeten uitgeven en die dit land tot het zwaarst belaste van het Europeesche vasteland gemaakt hebben. De voorspoed van dien landbouw is alzoo zeer zeker niet aan een gunstigen toestand ten deze te danken.

Hoe groot de vlucht was, die de landbouw gedurende de Eerste Fransche republiek en het Eerste Keizerrijk nam, is niet in cijfers bekend. Dat zij belangrijk moet geacht worden, blijkt alleen uit den betrekkelijk reeds vrij gunstigen toestand in 1815. Ten opzichte van den vooruitgang na 1815 kunnen daarentegen merkwaardige cijfers worden medegedeeld.

Het grondoppervlak met tarwe bebouwd steeg van ruim 4,5 millioen hectaren in 1815 tot bijna 8 millioen hectaren in 1869. Ten gevolge van het verlies van Elzas-Lotharingen bedroeg het in 1871 nog slechts bijna 6,4 millioen hectaren om in 1885 weder tot ongeveer 7 millioen te stijgen. Tegelijk steeg de opbrengst, die in 1816—20 10,22 hectoliters per hectare bedroeg, tot 15,77 hectoliters in 1881—85.

Het jaar 1885 wordt hier vermeld, omdat sedert dat jaar door de mededinging van de Amerikaansche tarwe de graanprijzen daalden, en in verband daarmede zoowel het met tarwe bebouwde oppervlak als de intensiteit van den bouw of de opbrengst per hectare afnamen.

De onvermijdelijke vermindering door de Amerikaansche mededinging was echter in Frankrijk veel geringer dan in sommige andere landen, b.v. dan in Groot-Brittan je.

Terwijl toch tusschen 1875 en 1900 in Frankrijk een verlies van slechts 1% pCt. kon worden geconstateerd, had men in Groot-Brittanje een verlies van 50 pCt. te boeken. De invloed van den Amerikaanschen invoer, die niet alleen tarwe maar ook andere graansoorten betrof, deed zich vooral tusschen de jaren 1882 en 1892 gevoelen. Om dien invloed in cijfers te brengen, is alzoo eene vergelijking tusschen die twee jaren een geschikt middel. Voor Frankrijk vindt men dan wel is waar eene vermindering van het bebouwd oppervlak met plm. 250000 hectaren, maar bespeurt men tege-