118

DE MACHT VAN DEN CHIRURG OVER LEVEN EN DOOD.

moet worden gebracht en aan het onderzoek onderworpen van een officieel aangestelden raad van onderzoek.

In alle andere gevallen waarin de dood door geweld of door een ongeluk wordt veroorzaakt, wordt er een onderzoek ingesteld, om uit te maken of iemand te kort is geschoten in zijn plicht, en er is geen enkele reden, waarom zulk een onderzoek in dit bizonder geval achterwege zou blijven. Wij merkten reeds op, dat wanneer een koopvaardijkapitein of een marine-commandant zijn schip verliest of er ernstig schade mee oploopt, met of zonder verlies van menschenlevens, of wanneer een commandeerend officier een stelling verliest of proviand of manschappen, dan wordt er dadelijk een onderzoek voor een krijgsraad ingesteld en de officier, die in functie was, heeft zich zelf te zuiveren van den blaam van ongeschiktheid, onwetendheid of gebrek aan zorg bij het vervullen van zijn plichten ; steeds heeft er een gerechtelijk onderzoek plaats, als iemand in chloroform-narcose of onder de werking van een ander verdoovend middel is bezweken.

Nu dit het geval is, kan er geen enkele reden bestaan, waarom de opereerende chirurg, in geval van een ongelukkigen afloop of bij verlies van een menschenleven, ook niet ter verantwoording zou geroepen worden om zijn manier van doen te rechtvaardigen en zijn bekwaamheid te verdedigen. Als hij zóó ter verantwoording kon worden geroepen, zou hij door een ernstig gevoel van verantwoordelijkheid weerhouden worden om in te gaan op dergelijke operatie of haar lichtvaardig te ondernemen, daar hij wist dat van hem, als hij zóó handelde, zou gevorderd worden, onwederlegbare redenen op te geven, waarom hij haar had ondernomen, en zijn patiënten had blootgesteld aan gevaren van zulk een omvang en beteekenis, dat deze er mogelijkerwijze het leven bij zouden inschieten.