214

WAT WAS AAN HOMEBUS BEKEND VAN

Klaarblijkelijk hebben op bovengenoemden //heiligen weg" van het Noorden naar het Zuiden allerlei overleveringen Griekenland bereikt en zijn die daar, eenigszins gewijzigd, in de Helleensche sprookjeswereld opgenomen. Uit den aard der zaak moet hier de tusschenkomst aangenomen worden van mannen, die, zoodra ze de taalgrens hadden bereikt, de aan gene zij daarvan gebruikelijke taal konden verstaan en er zich in uitdrukken. Nu is het opmerkelijk, dat voor zulk een internationaal verkeer over 't geheel juist de „barbaren" het geschiktst schijnen geweest te zijn. Zoo lezen we b.v. bij Herodotus (VIII, 135), dat de Thraciër Mys, tot groote verbazing van zijn Thebaansche geleiders, bij orakel-raadpleging zich even gemakkelijk in het Grieksch als in zijn moedertaal uitdrukte, hoewel de priesteres hem in die moedertaal had toegesproken. Getuigt de klassieke litteratuur, dat menige belangrijke uitvinding op het gebied der nijverheid aan //barbaarsche" volken te danken was, ook op verhevener wijze was hun invloed, althans die der Thracische stammen, in het oude Griekenland merkbaar. Door die muzikale menschen was de geheele Muzendienst ingevoerd; en zij waren het, die zich op den Helikon en menig ander als heilig beroemd plekje hadden genesteld. (Zie Strabo, IX, 2,25.)

Tengevolge van hun begaafdheid op taalkundig terrein, versmolten de Thraciërs meer en meer met de Grieken, hoewel ze zich nog langen tijd op Grieksch grondgebied als een zelfstandig volk hebben gehandhaafd. Herodotus (I, 57 en 58) getuigt zelfs, dat de bevolking van Athene oorspronkelijk uit pkc,p*pm bestond. De langzaamheid, waarmee de samensmelting der Grieksche en der niet-Grieksche bestanddeelen tot stand kwam, bracht te weeg, dat de verbindingslijn met het hooge Noorden zich op taalgebied eeuwenlang handhaafde.

Een zeer merkwaardig voorbeeld levert ons de Griek Pytheas, die op het laatst der vierde eeuw v. C. uit Massilia naar Brittannia, en verder naar Noorwegen en de Oostzee is gezeild. Kimbrische gidsen dienden hem overal voor tolk. Het boek, waarin hij die groote ontdekkingsreis beschreven heeft, is verloren gegaan; maar menige uiterst