210

REFERENDUM EN VÓLKS-INITIATIEF IN ZWITSERLAND.

als bij zoovele kwesties in Zwitserland unionisten tegenover particularisten en werd daardoor de wet, hoewel met eene kleine meerderheid verworpen.

Op denzelfden dag werd eene wet tot het stellen van algemeene regels voor huwelijk en echtscheiding en voor het bijhouden der registers van den burgerlijken stand met eene kleine meerderheid aangenomen. Die aanneming was eigenlijk het gevolg van de samenkoppeling der onderwerpen. Ter wille van de noodzakelijke regeling van den burgerlijken stand stemden velen vóór de wet, die anders wegens de zoowel voor de rechtzinnige Protestanten als voor de Roomsch-Katholieken zeer ergerlijke geopende gelegenheid tot echtscheiding zeer zeker er tegen zouden gestemd hebben.

In 1877 werd een wet op den fabrieksarbeid door eene kleine meerderheid goedgekeurd.

Van 1877 tot 1882 kwam het referendum slechts eenmaal voor, namelijk bij het voorstel van een subsidie voor den spoorweg door den St. Gothard, welke subsidie werd toegestaan.

Daarentegen werd in 1882 eene wet tot bestrijding van besmettelijke ziekten, waarin verplichte vaccinatie was voorgeschreven, met eene viervoudige meerderheid verworpen.

In hetzelfde jaar had de Nationale Raad besloten een algemeen inspecteur van onderwijs te benoemen en wel op grond, dat verscheidene kantons zich niet gehouden hadden aan de bepaling in de constitutie, dat de openbare scholen zoo moesten zijn ingericht, dat zij door kinderen van alle gezindten zonder aanstoot konden worden bezocht.

Dit besluit wekte een heftig protest van de zijde der Roomsch-Katholieken en rechtzinnige Protestanten, die de radicale meerderheid van den Nationalen Raad beschuldigden, de godsdienst uit de school te willen bannen. Ben referendum werd gevraagd en tengevolge van den uitslag der stemming daarover het besluit tot aanstelling van een inspecteur vernietigd.

Nu overgaande tot de verplichte referendums wegens wijzigingen in de Constitutie, vinden wij, dat in 1885 aan de bondsregeering met groote meerderheid het monopolie van het stoken en verkoopen van sterken drank werd ver-