Blz.
Het Behoud en de Uitbreiding van Natuur- en
Landschapsschoon 188
Dr. H. P. Berlage over Rusland. (Geïll.) . . .196 De Fossielinhoud van onze Natuursteenen, door W.
Starrenburg. (Geïll.) 230
Die Abteikirche am Laacher See, door P. Dr. Adal-
bert Schippers. (Geïll.) 25 7
Bij twee moderne Meubelen, door H. J. van der
Lubben. (Geïll.) . 299
Paradoxen en Bouwkunst, door P. Constantinus,
Minderbr. Cap 349
Planken Meubelen, door H. J. v. d. Lubben.
(Geïll.) 35 7
Het Arbeidsveld van den Tuin- en Landschapsarchitekt in Samenwerking met den Architekt, door Margreet van Hoëvell. (Geïll.) 385
TECHNIEK.
Bouwgrond van twijfelachtige Geschiktheid, door W. J. M. van de Wijnpersse. (Geïll.) .... 10 Over Acoustiek en Kerkbouw, door Ir. W. Jonkergouw. (Geïll.) 41
Aan te nemen Belastingen en toelaatbare Materiaalspanningen, door Ir. L. H. Huydts .... 75 Techniek en Vorm, door A. S. (Geïll.) . . . .124 De nieuwe Graansilo aan de Maashaven te Rotterdam, door Ir. L. H. Huydts. (Geïll.) . . . .186 Over het Luiden van Kerkklokken, door Ir. J. Wes-
sels. 282
De Fundeering voor een groot Winkelpand, door
Ir. L. H. Huydts. (Geïll.) 353
DICTIONNAIRE RAISONNÉ DE L"ARCHITECTURE PAR M. VIOLLET-LE-DUC.
Kerkelijke Bouwkunst (Vervolg), uit het Fransch vertaald door M. van der Schrieck. — Blz. 26 (Geïll.); 56 (Geïll.); 91 (Geïll.); 155 (Geïll); 204 (Geïll.); 235 (Geïll.); 265 (Geïll); 316 (Geïll); 344 (Geïll); 402 (Geïll)
BOEKBESPREKINGEN EN NIEUWE UITGAVEN.
„Amsterdajms toekomstige Gedaante", door Ir. S.
J. van Embden B.I., besproken door A. S. (Geïll.) 23
„Landelijke Bouwkunst in Overijsel", door J. Jans,
besproken door W. M. (Geïll.) 30
„Vrij Baan voor de Toekomst", door Ir. A. A. Mussert c.i., besproken door Ir. A. Siebers. (Geïll.) 37 „Het Eigenhuis", door Ir. J. P. Fokker, besproken
door H. M. K. (Geïll) 60
„Boerderij-Typen in Limburg", door E. Franqui-
net, besproken door W. M. (Geïll) .... 60
Tuinbouwkunst, door W. M 61
„Triplex", door Ir. R. K. von der Nahmer, besproken door Ir. L. H 61
Waarden die blijven (naar aanleiding van „Manoirs et Gentilhommières du Rays de France", de L. Amiard), door H. M. Kraayvanger. (Geïll.) . 117
Blz.
De nieuwe Rarekiek („Moderne Nederl Villa's en Landhuizen", door Prof. Wattjes), door De rare
Kijkers. (Geïll) 152
„Het Hollandsen Intérieur", door P. Bromberg,
besproken door H. J. v. d. L 175
Begijnhoven in Vlaanderen, door Wies Moens.
(Geïll.) 177
„Bouwrecht", door .Mr. W. A. M. Cremers, besproken door Mr. F. Perquin 190
„Bouwkunde", door G. Arendsen en J. Vriend,
Deel 2; besproken door Ir. L. H 206
„IJzerconstructie", naar het Duitsch van C. Kersten, door Ir. A. W. Dwars, besproken door Ir.
L. H 206
„Het Wegenvraagstuk" (Ned. Maatsch. voor Nijverheid en Handel) 237
„Letterboek voor den Schilder", besproken door
H. J. v. d. L 255
„De Stijl", Dernier Numéro, door C. M. (Geïll.) 270 „Centrale Verwarmingstechniek en Berekening", door Ir. L. Witte en P. v. d. Well, besproken door
Ir. L. H 270
„Constructie van Gebouwen" (Moderne Kapconstructie, Toren- en Koepeldaken), door Prof.
Wattjes ,besproken door Ir. L. H 286
„Het kerkelijk Kleinood", door N. Witteman, besproken door C. M 286
Een Boek van Beteekenis (H. Polak: „Het kleine Land en zijn groote Schoonheid"), door Vital
Haesaert. (Geïll) 293
„Constructie van Gebouwen" (Deel IV. Ramen, Deuren en Kozijnen), door Prof. Wattjes, besproken door Ir. L. H 300
„Utiliteitsverlichting" ,door Ir. L. H 301
„Staal als Bouwmateriaal", door Ir. E. A. van Genderen-Stort, besproken door Ir. L. H. . . .301
„Arte Sacra", door A. S 319
„Drenthe". (Geïll.) 334
Vroeg-Nederlandsch Bouwplastiek te Rolduc („Die Romanische Bauornamentik in Klosterrath", von Dr. H. A. Diepen), door V. Haesaert. (Geïll.) . 393
UIT ANDERE TIJDSCHRIFTEN.
Het kleine Huis, door H. M. Kraayvanger. (Geïll.) 5 De nieuwe Kerk te Halle (Duitschland), door C.
M. van Moorsel Pzn. (Geïll.) 8
Kunst en Geest, uit het Italiaansch van Eva Tea.
(Geïll.) 20
Een houten Huis te Weimar, door H. M. K. —
(Geïll.) 40
Over hedendaagsche Kerkmeubelen, door Wies
Moens. (Geïll.) 86
Woningbouw te Mainz, door H. M. K. (Geïll.) . 104 Amerika en de Traditie, door A. S. (Geïll.) . .135 Bij het Werk van Paul Schmitthenner, door B. J.
Koldewey. (Geïll.) 227
Bij Werk van de Architekten H. Moll en E. von
der Velden, door H. M. K. (Geïll.) 262
Kunstenaar en Clerus, door W. M 365
Oude Kerken en hun Beteekenis voor dezen Tijd,
door W. M. en C. M. (Geïll) 377
Noorsche Architektuur, door H. M. K. (Geïll.) . 398
IV