VAN HET STANDPUNT DER KRETENSERS.

203

de gendarmerie en de militie van het eiland dienst namen; en wel „om de tusschenkomst van vreemde regeeringen, met uitzondering van de Grieksche, tot een minimum terug te brengen."

Verder verklaarden zij, dat zij met het terugtrekken hunner troepen van het eiland een aanvang zouden maken zoodra de militie in staat zou zijn de orde te handhaven. Na een inspectie der Kretenser troepen door den Hoogen Commissaris in de lente van 1908 gehouden, verliet op 27 Juli van dat jaar een gedeelte dier troepen het eiland ; de algeheele ontruiming zou plaats hebhen „binnen een jaar na het vertrek van de eerste troepen."

De omwenteling in Turkije van 24 Juli 1908 en de invoering van een constitutioneelen regeeringsvorm vervulden de Muzelmannen op Kreta met groote vreugde en verscheidene van hen vertrokken naar Turkije, om zich daar in het parlement te laten verkiezen.

De gebeurtenissen van het hoogste belang, die de annexatie welke toen op het punt scheen verwezenlijkt te worden, zoo hoogst moeielijk zouden maken, schenen in den aanvang op het lot van Kreta geen invloed te zullen uiloefenen. Engeland had er belang bij, den Egyptenaren geen voorwendsel te geven om vertegenwoordigers naar het parlement te Konstantinopel af te vaardigen en het jonge Turkije had Engelands steun noodig; Kreta werd dus behandeld alsof het geen deel van het Turksche Rijk uitmaakte, hetgeen den Kretensers nieuwen moed gaf! Zij zagen dus verlangend uit naar de gunstige gelegenheid, waarvan in de nota's der mogendheden gesproken was ! Die gelegenheid deed zich weldra voor.

Op 3 October 1908 deelde Frans Joseph den mogendheden van Europa mede, dat Bosnië en de Herzegowina bij Oostenrijk-Hongarije waren ingelijfd.

Op 5 October verklaarde vorst Ferdinand Bulgarije onafhankelijk.

Op 8 October brak de opstand op Kreta uit.

Zaïmis was naar het eiland Moedra vertrokken, om een welverdiende rust te genieten voor den terugkeer der Kamer van afgevaardigden, die in de maand Augustus uiteenge-