476

GIETEN VAN BUIZEN VAN GEWAPEND BETON DOOR

inhoud van den buismand heeft. Vervolgens wordt de nu geheel gesloten vorm in de centrifuge, de slingermachine gelegd. Deze machine is een ijzeren koker, waarin de vorm zuiver concentrisch gelegd wordt en die daarna, met behulp van riemen en riemschijven op eene werkas er naast, met eene snelheid van 500 a 1000 omwentelingen in de minuut in de rondte bewogen wordt. Aan de machine zijn voor geregelden gang, vermindering van wrijving, enz. de noodige inrichtingen aangebracht, waarover we hier niet zullen uitweiden.

Draait zoo de vorm in de rondte, dan vliegen door de middelpuntvliedende kracht de vaste bestanddeelen, omdat zij zwaarder zijn dan water tegen de wanden van den vorm aan en worden daarna door het water, dat door dezelfde kracht eveneens naar buiten gedrongen wordt, krachtig daartegen aan geperst. Het water wordt clan uit de specie geperst voor zoover het niet de natuurlijke poriën vult en de binnenwand der buis wordt door het water glad gemaakt. Na 8 a 10 minuten draaiens is de specie zoo ineengeperst, dat zij eene vaste massa geworden is. Dan neemt men den vorm uit de machine en laat hem een a twee etmaal liggen, waarna het beton genoeg versteend is om de buis uit den vorm te kunnen nemen. Ten behoeve van verdere versteening laat men de buis nog ten minste eene maand liggen, alvorens haar te vervoeren of te gebruiken.

Voor buizen, die overal even wijd moeten zijn en overal evenveel wanddikte moeten hebben, moeten de vormen bij het ronddraaien zuiver horizontaal liggen ; maar als de buizen kegelvormig zijn, zooals b.v. telegraafpalen die men onderaan dikker wil maken dan bovenaan, zou bij horizontale ligging het meeste beton zich ophoopen aan het uiteinde waar de middellijn het grootst is.

Voor zulke buizen is dus eene kleine helling noodig waarbij het dunne einde het laagst komt.

Moet verder om de eene of andere reden de wanddikte van eene buis van het eene uiteinde naar het andere toe- of'afnemen, dan kan dit verkregen worden door den vorm iets te doen dalen in de richting van het einde waar de wand het dikst zijn moet. Uit de wijze van fabricatie vloeit verder voort dat de dichtheid en dus ook de hardheid het grootst is aan den buitenkant, wat in overeenstemming is met de eischen der practijk. Waar het zichtbaar zijn der bovenvermelde kraagstukken een bezwaar zijn mocht, zooals b.v. bij kolommen uit een schoonheidsoogpunt, zijn andere zij het ook meer saamgestelde, wijzen denkbaar om de ijzeren cylinders op hun plaats te houden.

Proeven door de Kön.Sachsische Mechanisch-Technische VersuchsAnstall te Dresden genomen met palen volgens dit stelsel gegoten,