NAPOLEON EN GODOY

van de meest buitengewone persoonlijkheden der eeuw"!

Uit de correspondentie tusschen Godoy en Izquierdo blijkt, dat men behalve het bedoelde regentschap alle min of meer verheven graden van souvereiniteit, van infant, souverein prins tot de koninklijke waardigheid toe, onder de loupe nam.

„Uw Excellentie, schreef Izquierdo, is nu als Caesar aan den oever van de Rubicon. Gij moet öf de tegenwoordige situatie in den steek laten en durven oversteken ofwel van alles afstand doen. De keizer zal niet twee maal zijn goeden wil toonen!"

Dus hield Godoy ijverig besprekingen met Karei IV en Marie Louise. Terwijl de toestanden binnenslands hoe langer hoe bedroevender werden, stroomden dringende verzoeken om schitterende waardigheden te verkrijgen naar Parijs. Godoy wilde met den steun van een Fransch leger Portugal veroveren, ten einde definitief den invloed van Engeland te breken en zijn steunpunten op het vasteland te vernietigen. En dan zou öf het regentschap van het veroverde land hem kunnen worden toegewezen, öf Portugal in twee deelen verdeeld worden. Het eene deel zou in souvereiniteit aan den infant Francois de Paule (zoon van Godoy) worden toegewezen en het andere aan hemzelf. Verscheidene andere ontwerpen werden ook voorgesteld, volgens welke de tweede zoon van Karei IV, Don Carlos, die later zoo beroemd geworden is, een klein deel van Portugal zou krijgen. Daarna kwamen voorstellen en schikkingen over de Portugeesche koloniën in Amerika.

Napoleon toonde toen ten opzichte van Godoy den meest volmaakten goeden wil. Het is moeilijk te weten te komen, of hij werkelijk in zijn heerschersplannen ten opzichte van Europa een dergelijke verdeeling van het koninkrijk Portugal opnam, of dat hij die beschouwde als een voorloopige regeling, bestemd om momenteel zijn belangen te dienen. Misschien trachtte hij vooral door Godoy te steunen de oppositie te verscherpen, die tusschen de partij van den dictator en die van den troonopvolger bestond, een tegenstelling, die hem later de terzijdestelling van den een zoowel als van den ander moest vergemakkelijken. Zijn loftuitingen van 1806 waren evenmin oprecht als zijn bedreigingen en beleedigingen van