LANDAANWINNING IN ITALIË.*

Terwijl het jaar 1933 zijn intrede deed te midden van internationale ongerustheid, naijver en wederzijdsche beschuldigingen, beijverde Italië zich nieuwe provinciën te verkrijgen binnen zijn eigen landsgrenzen ten bate van zijn nijveren, spaarzamen, in zielental toenemenden boerenstand. Te midden van de ernstigste, uitgebreidste crisis, die de wereld ooit heeft beleefd, is er één land in Europa, dat van een herleving van den landbouw den hoeksteen maakte van zijn nationale politiek. Bij den aanvang van de eerste fascistische decade kondigde Mussolini zijn voornemen aan, Italië op het gebied van landbouw, boschbouw, en wat daarmede verband houdt, te verheffen; het succes van de tarwecampagne, en de snelle vorderingen bij het ten uitvoer brengen van het programma van integrale landaanwinning worden onder de voornaamste verrichtingen van het regeeringsstelsel gerekend, en de tiende verjaardag van den marsch naar Rome werd gevierd met een tentoonstelling, die met behulp van diagrammen, photographieën en plastische voorstellingen den omvang toonde van de wijzigingen, die het land op natuurkundig, economisch en hygiënisch gebied had ondergaan.

Slechts weinigen, die Italië bezoeken, beseffen welk een belangrijke rol de mensch heeft gespeeld bij de schepping van den bodem van het schiereiland, noch van welk een ouden datum de werken van landaanwinning zijn in dit bergachtige land, dat onderhevig is aan vulkanische schokken, een land, dat door de Natuur niet begiftigd werd met uitgestrekte akkers, die noodig zijn voor het onderhoud van

* Ontleend aan „The nineteenth century and after", Messrs. Constable & Co. Ltd., London, Juni 1933.