IS ER CONTINUÏTEIT IN DE KOLONIALE POLITIEK VAN FRANKRIJK?*

Frankrijk bezit heden ten dage een onmetelijk koloniaal gebied, waarvan het bestaan zelve somtijds aanleiding geeft om van de geschiedenis daarvan eene verkeerde voorstelling te geven. Er is, onder meer, één probleem, dat moeilijk te verklaren is: het probleem der antecedenten. Sommige geesten zoeken, na de geographische ligging en de historische ontwikkeling van Frankrijk in beschouwing te hebben genomen, niet, zooals natuurlijk zou zijn, uitsluitend in diè elementen de beslissende oorzaken van zijn overzeesche expansie. Zij gaan verder. Volgens hen was Frankrijk in zekeren zin voorbeschikt voor zulke ondernemingen. Eene historische fataliteit drong het daartoe. Stelt men dit eenmaal voorop, dan is niets eenvoudiger dan in naam van dat determinisme terug te gaan tot het verste verleden van Frankrijk en zelfs tot den tijd, voordat Frankrijk bestond, tot Gallië, tot de vóórhistorische tijden, om er de bewijzen van deze wet van expansie te vinden: alleen een speling van het vernuft is daarvoor voldoende. Nu is dat, als men tenminste aan menschen en tijd recht laat wedervaren, een niet ongeoorloofde literaire oefening. Oneindig vatbaarder voor critiek is daarentegen die recente theorie, welke met merkbare overdrijving de stelling poneert dat, van den dag af waarop zich een „Fransche Staat" gevormd heeft, een koloniale politiek zich aan zijne machthebbers heeft opgedrongen en dat, nog sterker, deze politiek een ware continuïteit vertoont tot in onze

* Ontleend aan de „Revue Historique", Paris, tome CLXXII, année 1933-

Voor de geraadpleegde werken verwijzen wij naar de desbetreffende aanhalingen onder het oorspronkelijk artikel.