de staatkundige omwenteling in siam

eischen stellen, omdat zij de revolutie gewapenderhand hebben gered? Zeker van haar overmacht zal de Volkspartij waarschijnlijk drie tendenzen vertoonen van een geprononceerd radicalisme. Ten eerste, een socialistische tendenz uit de behoeftige klasse van ondergeschikte ambtenaren en kleine kooplui, die vreeselijk te lijden hebben door de economische crisis. Ten tweede, een nationalistische tendenz, die Siam verder van het Westen zal afbrengen en zal bewerken, dat het zich bevrijdt van zijn Europeesche adviseurs, die vroeger door de absolute monarchie zoozeer gewaardeerd werden. Ten derde een pro-Chineesche, misschien zelfs panAziatische tendenz, die zal bewerken, dat de Siameesche democratie officieele betrekkingen met China zal aanknoopen en, opzettelijk of niet, een houding zal aannemen, die moeilijk genade zal vinden bij de koloniale mogendheden.

Het is heel goed mogelijk, dat zekere omstandigheden den loop van de Siameesche demagogie zullen tegenhouden. Daar is de souverein, daar is Phya Bahon, opperbevelhebber van het leger, de eerste een oprecht aanhanger van een constitutioneele regeering, de laatste een sterke tegenstander (hij heeft dat meermalen verklaard) van de communistische leerstellingen. En dan zijn daar nog de Westersche mogendheden, die zoo rechtstreeks belang hebben bij een gezonde politieke evolutie van Siam. „Mocht er een of andere ongelukkige wijziging komen in het beleid der regeering," schreef de Bangkok Times van i April 1933, „dan is er geen twijfel aan of de gezant van Groot-Britannië zal grootere garanties afdwingen ten einde bestand te zijn tegen moeilijke situaties. Dit is slechts een ver verwijderde mogelijkheid, maar doeltreffende en tijdige voorzorgsmaatregelen zijn wenschelijk, daar een enkele vonk dikwijls voldoende is om een brand van aanzienlijken omvang te veroorzaken."

Alle Franschen zullen het met deze conclusie van de Bangkok Times eens zijn, overtuigd, dat een flink en juist advies aan opgewonden en onverantwoordelijke elementen door de twee belangrijke naburen Engeland en Frankrijk gegeven, voldoende zou zijn om hun den weg der wijsheid te toonen.

Bar. de Lapomarède,

vroeger lid van de Fransche diplomatieke Missie in Siam.