VLIEGEN OVER AFRIKA

Zij liggen symmetrisch tegenover elkaar, elk aan een zijde van den evenaar, bijna op denzelfden breedtegraad ten Noorden en ten Zuiden daarvan. Hoe zeldzaam, hoe sprekend gelijken zij op elkaar van uit de lucht, niet zoozeer in vorm als wel in wezen; uitwassen, uitgestrekte bovennatuurlijke bouwwerken getuigende van reuzenarbeid, reusachtige idealen reusachtige organisatie.

De verschillen tusschen beide melden zich vergeefs aan in de herinnering. De pyramiden zijn monumenten van improductieven trots en bijgeloof. De gele slakkenheuvels van de goudmijnen aan den Rand getuigen van energie, durf, dorst naar goud. De pyramiden waren in hun tijd een drukkende financieele last; de goudmijnen brachten een land er boven op — en zij gaven aan de wereld duizenden tonnen muntmateriaal. De gelijkenis is dus wel zeer oppervlakkig.

Doch de geest laat het daar niet bij — er zit te veel aanlokkelijks in de gelijkenis.^ Circa honderdduizend slaven werkten volgens Herodotus twintig jaar lang aan de groote pyramide van Koefoe. Honderdduizenden zwarten werken nog steeds aan de vermeerdering van het aantal kunstmatige heuvels aan den Rand. Doch deze zwarten zijn geen slaven. Zij worden niet met de zweep voort gedreven. Zij worden uit hun kralen in het binnenland, uit Portugeesch Oost-Afrika gelokt of met zoete woorden of door middel van moreelen dwang weggevoerd. Zij leven in eigen kampen, verdienen vijftig dollars in de maand en worden na afloop van het contract van zes maanden, een jaar of drie jaren vrij gelaten. Het staat hun vrij. terug te keeren naar hun halfnaaktheid, hun taboe's en hun wilden staat, of zij kunnen een nieuw contract sluiten. Het zijn vrije mannen in een vrij land.

Bovendien werden de pyramiden gebouwd door zwaren handenarbeid, de heuvels aan den Rand zijn opgebouwd uit rotsgesteente, dat machinaal uit de aarde opgeheschen was, machinaal stuk geslagen en fijn gemalen, uitgewasschen met chemische stoffen, ontdaan van het goud en ten slotte machinaal opgestapeld. De zwarten moeten hard werken, doch het is niet de moordende slavernij van vroeger.

Doch slavernij en slavernij zijn twee. Deze honderdduizenden inboorlingen, die in de goud- en diamant-mijnen werken,