Medewerkers: Rie Ceamek, D. A. Cramer—Schaap, A. Gass—Van der Hoop, Netty Heijligers, Marietje Heijligers, Jeanne Houtzager, Han Krug, K. F. Nijhoff—de Carpentier Wildervanck, Willy Pétillon, Anton Pieck, Cath. v. Rennes, Ella Riemersma, Nora Schnitzler, Anna Sutorius, E. Tierie—Hogerzeil, David Tomkins, Anna Wins, J. M. W. Wins en vele anderen. Alle bijdragen voor deze afdeeling te zenden aan A. B. van Tienhoven, 2e Schuytstraat 198, 's-Gravenhage.

De strijd over de spreukjes

DOOR W. J. VAN DE GEER—BROERE.

Met teekeningen van J. Bloem. 0

gg^JS^gOEN DE WEGSTOOMENDE TREIN ^T/^ï^vl om de bocht verdwenen was, keerden de ^i/m^^ drie jongens zich om. Het perron lag verc^^KlLs laten en leek nu donker daar ze het felle 6 iK. d licht nog in de oogen hadden van het lange turen op de zonnige spoorbaan. Ongezellig was het er ineens en met een vaartje stoven ze de trappen af. Buiten was het beter en met den grooten stroom reizigers die ze gauw genoeg hadden ingehaald, liepen ze de stad in. Eddy in het midden. De vrinden zeiden maar niet veel want ofschoon hij zich goed hield, het was geen pretje als je vader en moeder voor een jaar weggingen. 0 Mijnheer Verstraat was ingenieur en moest nu voor een belangrijk werk naar Roemenië en daar hij naar een vrij afgelegen en ongezellig oord ging, wou mevrouw graag mee om hem te verzorgen. 0 't Kon moeilijk anders, dat had de eenige zoon ook wel begrepen, maar het was voor hem vervelend genoeg. Een oogenblik hadden ze er nog over gedacht, hem mee te nemen, maar dat was toch onmogelijk gebleken, vooral omdat hij dit jaar naar het gymnasium zou gaan en dan een klas achter zou komen bij de anderen. 0 Hij kwam zoolang in huis bij mijnheer van Dalen en zijn zuster. Ze woonden heel aan den anderen kant van de stad in de Iepenlaan. Hoe vader eigenlijk aan dien man gekomen was? Hij had vroeger een kostschool gehad, wist Eddy en verder had hij hem een keer gezien, toen hij bij moeder een kopje thee zat te drinken. Saai, was zijn indruk geweest, maar veel aandacht had hij er niet aan gewijd, omdat de jongens buiten op hem stonden te wachten en hij gauw weg wou. 0 En nu stapten ze met z'n drieën naar de Iepenlaan, want er was afgesproken, dat hij dadelijk van den trein er heen zou gaan. Zijn goed was den vorigen dag al gebracht. 0 Voor het hekje van Iepenlaan 11 hielden ze stil. „Sweet Home" stond er geschilderd onder het balkonnetje van de tweede verdieping. Nieuwsgierig bekeken de jongens het huis, maar voor alle ramen hingen de gordijnen stil neer, akelige ondoorzichtige gordijnen en nergens bewoog iets. 0 „Gaan we mee naar binnen?" vroeg Frans, maar Eddy

wilde niet. „Neen, niet met zoo'n optocht, ze kennen jullie niet, verdwijn maar", en kordaat trok hij aan de bel. 0 Had hij nu maar geweten dat dat ding zoo ellendig los zat, want het was een kabaal van je welste, dat hij maakte en er kwam geen eind aan het linge-ling-ling achter de deur. 0 Bijna dadelijk ging die open en een dienstmeisje liet hem binnen. Huug en Frans bleven nog even staan kijken maar gingen toen maar heen. Iepenlaan 11 veranderde er aan den buitenkant nog niet van dat hun fleurige vriend er zijn intrek had genomen en ze zouden wel achter wonen. 0 Ondertusschen maakte Eddy, die al was hij flink, heusch wel wat op zag tegen dat jaar zonder vader en moeder, kennis met mijnheer van Dalen en zijn zuster. 0 Gelukkig waren in de kamer waar ze zaten de gordijnen open en de deuren ook. Door een kleine serre keek je in den tuin waarin voor een stadstuin veel fleurige bloemen. g „ZooEduard", begon mijnheer, toenhij ze beiden een hand had gegeven en een stoel had gekregen, „Zoo Eduard ben je daar? je bent mooi op tijd. Ik zei zooeven al tegen juffrouw

oetsy, nu kon er nu toch eigenlijk wel wezen. Vader en moeder goed in den trein gekomen? Ik had je wel van het station willen halen, maar je vader dacht, dat je misschien liever alleen hier naar toe zou komen." Eddy vertelde, dat de jongens hem hadden gebracht en toen wilde mijnheer weten, hoe ze heetten en wat hun vader deed en dat werd allemaal gevraagd op een ietwat afgemeten toon maar toch niet onvriendelijk. 0

iai