Vaas met oor, een zittenden vogel voorstellend. — Chancay of Santa. ®

coya, was zijn zuster of halfzuster, die evenals hij van de goden heette af te stammen. 0 Naast Inti, na wtens ondergang de priesters dagelijks een gouden ketting in een put deden neerzakken, een symbolische handeling, die men verrichtte om het volk gerust te stellen omtrent de zekere wederkomst van de Godheid, — was hij op deze wijze, terwijl hij in de onderwereld vertoefde, niet als 't ware verankerd? — aanbad men ook Quilla, de maan, verschillende sterren en Viracocha, de duistere oergod der aarde, die brullende baarde en zijn eigen kinderen verslond. 0 Zeer hoog stond er de goudsmeedkunst. De goudsmeden wisten de mooiste voorwerpen te vervaardigen, nagemaakte bloemen met stralende kroonblaadjes, bevend in den wind, vlinders, ragfijn van vleugels uit lichtsparkelend goud, die vederlicht nederdwaalden, wanneer men ze spelenderwijs omhoog wierp. Jammer genoeg hebben de huurlingen van Pizzaro, die het rijk in 1532 veroverden, al het goud, dat ze bemachtigen konden, op hoopen geworpen en tot staven versmolten. Ook onder het aardewerk, waarvan nogal wat bewaard is gebleven, treft men typische staaltjes van kunst aan. De mocieven voor hun meestal religieuse voorstellingen ontleenden ze doorgaans aan de maisplant, de lama, den jaguar en den condor uit het hooggebergte. Vaardig wisten ze tapijten te weven. 0 . Zeer eigenaardig was de manier, waarop ze hun gedachten vastlegden. Daarvoor gebruikten ze de quipo's of taaisnoeren, gevlochten koorden van verschillende kleur, die op de meest uiteenloopende wijzen van knoopen voor-

Rood en wit beschilderde aarden kruik, een op de fluit spelende blinde voorstellend. — Chimbote.

zien waren. Elke kleur, elke knoop beteekende weer iets anders. Bracht b.v. een looper een rood koord uit het grensgebied binnen, dan beteekende dat oorlog met barbaarsche stammen, en de taalkundigen konden aan de knoopen precies aflezen, wat er bericht werd. Men legde dus bepaalde gedachten systematisch in kleuren en knoopen vast en de amauta's, de taalgeleerden, onderwezen hun jongeren in de bibliotheken, waar de tallooze quipo's aan lijnen gespannen bewaard werden. De Spanjaarden, die na de tochten van Columbus en andere ontdekkers zich in het begin der 16de eeuw op Hispaniola (San Domingo) en Cuba zetelden, hoorden door de inboorlingen van den fabelachtigen goudrijkdom van het rijk der Inca's. Pizarro, een avonturier, besloot niet te rusten, alvorens hij dat goudland, dat Eldorado, ontdekt had. Na twee vergeefsche tochten, waarvan hij na de ongelooflijkste ontberingen teneinde raad terug keerde, gelukte het hem in het begin van 1532 langs de onherbergzame N.-W.-kust van Zuid-Amerika de hoogte van Peru (naar El Beru, een rivier) te bereiken. Al spoedig wist hij zich meester te maken van Atahualpa, den laatsten Inca, die met zijn broeder Huascar om den troon streed. Na de terechtstelling van Atahualpa viel Cuzco zonder slag of stoot in zijn handen. De inwoners boden nagenoeg geen weerstand, te meer, daar volgens een oude legende het land tijdens een broederveete door vreemdelingen uit het Oosten zou veroverd worden. Ongeveer niets is overgebleven van de oude beschaving der Inca's. De bevolking kwijnde weg onder het slavenjuk der Spanjaarden. Eenige verlichting voor de oor-

167