HET MENSCHELIJKE TIJDBEWUSTZIJN

geval van een patiënte, die elk gevoel verloren had, noch angst, noch vrees, noch smart voelde, zich niet meer kon ergeren of verheugen, enz., noch honger, noch dorst voelde en niet wist, wanneer ze genoeg gegeten had. Verder moest ze voortdurend op de klok kijken om den tijd na bepaalde periodieke dagelijksche gebeurtenissen, zooals kantoorsluiting, stand van de zon en helderheid van het daglicht in het algemeen, te beoordeelen. Er was dus een totaal verlies van de innerlijke gevoelens, waartoe blijkbaar ook het gevoel van tijdschatting behoort. Deze vrouw kon echter wel onderscheiden, of een metronoom sneller of langzamer tikte. — In een ander geval, waarvan H. Klien bericht, was juist het rechtstreeksch beoordeelen van een beweging gestoord. Een achtjarige jongen geraakte na een parotitis (= oorspeekselklierontsteking) af en toe plotseling in een toestand, waarin het hem voorkwam of alles zich sneller bewoog en zich sneller afspeelde. Op straat liepen de menschen sneller, zijn moeder sprak sneller en hij meende zelf ook sneller te spreken. Na eenige minuten was het weer over. — Weer bij een anderen patiënt traden na een infectieziekte, vermoedelijk een hersengriep, eigenaardige onderschattingen van tijden op. De 29 jaren, die sinds zijn ziek worden verloopen waren, leken hem 3 jaren, 18 jaren schenen hem 2, 9 als een half jaar, 20 minuten als 5 minuten. Parallel met deze onderschattingen, die van de orde van 101 zijn, traden eigenaardige uitvalsverschijnselen op. Zoo werd hij dikwijls van de eene plaats naar de andere, van de eene stad naar de andere „als vanzelf overgebracht", zonder dat er een weg tusschen was. Dit geschiedde ,,in een oogenblik", hoewel bijvoorbeeld twee zulke steden op een afstand van 15 uur gaans van elkaar lagen. Onderschattingen van den tijd van anderen aard vinden we veelvuldig bij de „Korsakowsche psychose," die zijn oorzaak heeft in degeneratieve processen, ten gevolge van chronisch alcoholmisbruik. Het betreft hier gewoonlijk langdurige perioden, die tevens door uitvalverschijnselen van het geheugen begeleid worden.

Tegenover deze onderschattingen staan de even opvallende overschattingen bij infectieziekten. De sterke overschatting van den tijd, die bijvoorbeeld H. Bernatzik in zijn boek „Gari-Gari" bij een zwaren koortsaanval van malaria tropica