206

KRONIEK.

Wij achten het verloren moeite, om iets te zeggen tot weerlegging van hetgeen op het Congres tege n onze Nederl. Herv. Kerk is aangevoerd. Tot onze smart zien wij over vele menschen een soort verbijstering gekomen, welke hen voor rede onvatbaar maakt. De woorden „hiërarchie", „organizatie", „synodaal juk" en dergelijken, zijn in hun mond als bestorven, en het baat niet, zonneklaar aan te toonen, dat zij geen recht hebben, onze kerkelijke besturen een hiërarchie te noemen, en hun uitspraken te betitelen als „bullen".

^ In die zonderlinge verblinding zien zij de dingen niet, die er werkelijk zijn, en baat het dus ook niet, ze hun voor oogen te stellen. Een bepaald nieuwe vinding is, dat de zich „doleerend" noemende vereenigingen te Rotterdam, Amsterdam en elders zich beschouwd willen zien als de Kerk. Gij dacht, dat gij, in de Ned. Herv. Kerk geboren, gedoopt, onderwezen en aangenomen op belijdenis des geloofs, nog lid zijt van de Ned. Geref. Kerk? Gij vergist u. Gij zijt lid van een Kerkgenootschap, en de Kerk moet gij zoeken bij de „doleerenden." De Heeren van Son c. s. hebben te Amsterdam de Kerk meegenomen, en de H.H. Hogerzeil, Vos c. s. bleven achter in een Kerkgenootschap. Om dien overgang te maken, hebt gij slechts te verklaren, dat gij het „juk" der „synodale hiërarchie afwerpt", en gij komt aan in de Kerk van „Koning Jezus."

Van die kerk worden de zonderlingste dingen verhaald. De „Heraut" verzekerde, dat b. v. te Amsterdam er al een gereformeerde kerk geweest is, lang vóór de kerkhervorming. In de dagen der Reformatie hebben Luther

sproken zal voor ieder christen den twijfel rechtvaardigen aan de bekeering van Dr. Kuyper, en onwillekeurig doen denken aan de vraag van Jacobus: Welt uit één bron zoet en bitter water?