KRONIEK.

Demokratische eischen. — Dr. A. Kuyper weder in 't oorlogsveld. — Iets over de roomseh-katholieke kerk. — Een boek van prof. Q u a c k. — Varia.

Het nieuwe jaar heeft al weder, op weinige dagen na, het één twaalfde gedeelte van zijn loop volbracht. Het ijlt voort, even snel als zijn voorgangers — maar kenmerkte zich tot heden door groote wankelmoedigheid. Er was vorst; er kwam ijs in onze vijvers en vaarten — maar het duurde kort, al bleef het lang genoeg, om aan vele menschenlevens een einde te maken. Er viel sneeuw, in kleine maar meermalen in zeer groote vlokken. Lustig rinkelden de bellen enzer arresleden langs straten en wegen, maar de dooi trad weldra tusschenbeiden, en deed het sneeuwkleed smelten. Was het des morgens meermalen dooi, des avonds viel de vorst weêr in, en zoo hadden wij een Louwmaand, die niet goed scheen te weten wat zij wilde, en daardoor noch de vrienden van een gestrengen, noch de voorstanders van een zachten winter bevredigde.

Doch ongewoon hoog steeg aan onze kust en langs menigen polder het water. Een groot gedeelte van ons dierbaar vaderland is thans één groote plas, en de zee