VERHALEN OP DEN KANSEL GEBEZIGD.

zijne „Ondoorgrondelijke rijkdommen" te lezen, of zijne „Kostelijke artsenijen" en zijne „Gouden appelen" te smaken; met zijn „Stomme Christenen" om te gaan, en u te verbigden in zijn andere meesterstukken.

Laat mij u een paar proeven geven!

„Toen Tribazus, een edele Pers, werd gevangen genomen , trok bij eerst zijn zwaard en verdedigde zich; maar toen zij hem in den naam des konings opeischten, en hem zeiden dat zij van den koning kwamen en bevel hadden hem voor den koning te brengen, gaf hij zich gewillig over. —

„Seneka overreedde zijn vriend, zijn lijden kalm te dragen, omdat hij des keizers gunsteling was en zeide tot hem: dat het hem niet betaamde te klagen, zoo lang de keizer zijn vriend was. Zoo zegt ook een geloovig Christen: „o Mijne ziel, wees rustig en stil; alles is liefde, alles een vrucht van goddelijke gunst."

„Een vroom generaal kreeg in een veldslag een schot in het been, en toen de wond onderzocht en de kogel er uitgesneden werd, betuigden eenige omstanders hun medelijden met zijn smart, maar hij antwoordde: „Ofschoon ik zucht, zoo mor ik toch, Gode zij dank, niet." God veroorlooft de zijnen wel te zuchten, maar niet te morren."

Van Thomas Adams, den conformistischen Puritein, zegt Stowell: „Fabelen, anecdoten, klassieke poëzie, juweeltjes uit de kerkvaders en andere oudere schriftgeleerden zijn op iedere bladzijde van zijn preeken uitgestrooid." Zijne anecdoten zijn meestal uit het dagelijksch leven gegrepen en kunnen met die van Latimer vergeleken worden, alleen ze zijn wat scherper. De volgende proeven mogen volstaan:

„Een man zeide eens tot zijne vrouw, dat hij ée'n slechte eigenschap had, namelijk, dat hij licht toornig werd zonder oorzaak; zijne vrouw antwoordde geestig,