Piet! Ik ga naar mijn studeerkamer en zal probeeren nog het een en ander af te doen". 0 Het werk vlotte niets! Een poos werkte de Sint stil door, Zette hier en daar een aanteekening op papier, maar streek zich terwijl voortdurend met zijn hand over zijn voorhoofd! 0 Eindelijk kon hij niet meer! Hij legde de pen neer, schelde en zei tegen den binnenkomenden Piet: „Het gaat onmogelijk meer! Ik voel me te ziek, ik ga naar bed!" En daar lag me nu de arme man en tobde en tobde, hoe het dit jaar zou moeten gaan, als hij niet heel gauw beter werd. Hij had hooge koorts, dat voelde hij wel. Zijn hoofd was gloeiend warm en klopte, alsof het barsten zou! Inslapen kon hij niet, hij lag maar te woelen en te zuchten: „Zal ik nu heusch alle kinderen teleur moeten stellen?" 0 „Dat gaat niet zoo", dacht Piet, die telkens voorzichtig om het hoekje van de deur kwam kijken. „Ik zal aspirine halen en een warme kwast klaarmaken. Dat zal wel helpen". Het duurde niet lang, of Piet stond met de aspirine en de kokende kwast voor St. Nicolaas' bed. 0

„Eerst de aspirine en daarna de kwast, eerwaarde", sprak Piet op doctoralen toon, „dan bent u gauw weer beter!" 0 Ondanks zijn pijnen moest St. Nicolaas lachen, maar volgde toch Piets raad op. Hij hield wel niet van transpireeren, maar ter wille van de goede zaak zou hij het dan maar doen. 0 En zie! Na een poos parelden tot groote vreugde van den trouwen Piet de zweetdruppels op het voorhoofd van den hoogen patiënt en nam de koorts geleidelijk af! Twee dagen bleef St. Nicolaas in bed en zorgde Piet . voor de laatste toebereidselen. 0 Den 5den December voelde de Sint zich weer zoo lekker als kip. 0 „Dat was op 't kantje af, Piet!" riep hij verheugd. Kom, we moeten gaan. Is alles gereed?" 0 „Natuurlijk, eerwaarde", antwoordde Piet zelfbewust. „Toch maar goed", zei de Sint, „dat ik die vliegmachine heb gekocht, anders waren we toch nooit op tijd geweest".

Piet moest dit volkomen beamen. 0

Sint NicolaastijcL

Hoog boven op de daken, Rijdt trippel-trap, Sint Niklaas met zijn knecht rond, 't Gaat stappe-stap.

Hier hooren zij een driftkop, „Oe-boe! Oe-boe!" „Hier hoeft niets moois te wezen, Geef maar een roe!"

Daar zien z' een lui, klein meisje, Ei! Ei! Ei! Ei!

„Leg voor zoo'n kleine doe-niet, Wat werk op zij".

Op de besneeuwde daken, Bij 't schoorsteen-gat, Staat Sintje met zijn Pieter, „Zeg, hoor je wat?"

Op de besneeuwde daken,

Hop! Hop! Hop! Hop!

Rijdt Sintje met zijn knechtje,

Pas op! Pas op! A. Sutorius.

Oud en Nieuw.

In ouwjaars' nacht, om twaalf uur,

Is zoetjes, zoetjes,

Het oude jaar stil heen gegaan,

Op kousen-voetjes.

Het droeg een koffer op den rug,

Vol van de dagen,

Die 't blij en droef versleten had,

't Was niet te dragen.

En achter hem sprong jong en blij, Het nieuw-jaar binnen, Dat riep: „Vaarwel, jij ouwe heer, Ik ga beginnen!"

„Ik heb een zak vol goeden moed, Voor alle menschen, Ik zal aan iedereen die komt, Het beste wenschen".

„Laat alle leed vergeten zijn,

Het kwaad vergeven,

Alleen het goede blijv' bestaan,

In 't nieuwe leven!" A. Sutorius.

59