218

man is te veel militarist om werkelijke vrijheid te begrijpen, de Duitscher schijnt van nature bestemd „gemaszregeld" te worden, en aldus gaat het voort, wanneer do blik naar buiten wordt geslagen. En toch.... toch had een ernstig ofschoon wat radicaal spreker geen ongelijk, toen hij onlangs de leer verkondigde, dat onze maatschappij een totale omkeering moest ondergaan wilde men in waarheid van vrijheid, volle vrijheid spreken. Werkelijk is ons zoo schuldeloos onderling gezellig verkeer reeds vol haken en oogen; wij kunnen er ons niet in bewegen of de vrijheid stoot zich aan allerlei geijkte vormen en gewoonten; eene enkele vrije handeling, hoewel ter goeder trouw gepleegd, kan ons een langjarigen vriend doen verliezen, ja zooals de wereld tegenwoordig reilt en zeilt kan de vrijheid dringen tot jokken en bedrog. Dat dit allesbehalve eene nieuwe uitvinding is, blijkt uit Plato's ontboezeming, dat cle waarheid, zulk eene waardige vriendin der vrijheid, een zoo zeldzaam produkt is, dat de aanstaande landsverdedigers in het waarheid spreken moesten worden gedresseerd.

Dat men in dien ouden tijd ook reeds aan het sukkelen was met het ware vrijheidsbegrip, komt dikwerf aan den dag; zoo was men toen bevrijd van examens, maar de keuze van staatsambtenaren berustte op voorafgaande spionage; toch nog beter dan do tijdstippen, waarin die beambten ter eere der vrijheid door bet lot werden aangewezen. Juist geheel anders dan nu werden de krijgslieden toen niet door het lot aangewezen doch gekozen, want ze moesten zooveel als nobele honden zijn, zacht .jegens de burgers en vreeselijk tegenover de vijanien. 1)

Toen Athene meende door democratische instellingen het al zeer vèr gebracht te hebben op het gebied der ware vrijheid, spotte de verstandige Socrates over het regeerende volk van Athene, een troep van schoenmakers, timmerlieden, winkeliers en boeren die nooit studie van politiek gemaakt hadden.

Eigenaardiger beschouwing van werkelijk vrij zijn, levert Xenophon, als hij een verarmde patriciër beschrijft, die juichte omdat hij nu van belastinggaarders, vrienden, enz. was verlost en daardoor geheel vrij was geworden in doen en laten.

Zoo keuvelend komen wij precies op hetzelfde pad terecht als onze spreker van daareven. De vrijheid is onaantastbaar schoon, maar de maatschappij kan op zulke gemaklijke pantoffels niet flink marcheeren, zij heeft nauwsluitender schoeisel noodig.

De enkele individuën veranderen ook weieens van begrip nopens de ware vrijheid; zeer sprekend bewijs levert Julius Gesar. Met verkrachting van de staatswetten had hij zich van de hoogste waardigheid meester gemaakt (geen fraaie uiting van vrijheidszin), toen schonk hij de schandelijk onderdrukte inwoners der Romeinsche provinciën de vrijheid waarnaar zij zoo lang gesmacht

1) Adler; Zeitschrift i'ür Socialwissenschaft,