219

hadden (eene edele vrijzinnigheid), en kort daarop trad hij als volslagen tiran op (waar was de vrijheid heêugestoven?)

Een nieuwer voorbeeld van wisselend begrip omtrent de vrijheid leverde Sainte-Beuve, die Napoleon III wel een weinig gevleid had om tot Senator te worden benoemd, hij bewonderde diens krachtig optreden, maar later bedacht hij zich weder, verhief zijn stem in het Journal Officiel tegen de drukkende kerkelijke 'orthodoxie, verdroot zijn weldoener daardoor en werd, diens vriendschap verbeurend, uit de redactie gebannen.^

En wij zeiven! Als student, ongeveer tot kiezers leeftijd-opgegroeid, veroorloven wij ons allerlei vrijheden zelfs strafbare, — nauwelijks omgordt ons weinig later jaren de toga van het Openbaar Ministerie of met klem en ernst eischen wij de voorbeeldige bestraffing van een euveldaad, die wij vroeger eene loszinnigheid noemden.

Jammer genoeg dat niet alleen bij eene fractie onzer medeburgers het gezonde begrip omtrent mijn en dijn aan bet wankelen is geraakt, doch dat ook bet juiste verstand van wat vrijheid eigenlijk beteekent, uit het oog verloren gaat. Waaraan m'oetmi wij anders toeschrijven dat de manieren van zoo vele onderhoorigen aan onbeschoftheid grenzen, dat jeugdige en volwassen straatbengels het verkeer belemmeren, de vrouwen schrik en schade berokkenen, dat de zoogenaamd welopgevoede jongelieden van beiderlei geslacht hunne ouders veel te weinig ontzag betoonen en door hunne wijze van optreden in en buiten den huiselijken kring ergeren; of zou dit laatste te wijten zijn aan de wanbegrippen van sommige onderwijzers, die niet schijnen te weten welke grenzen de maatschappij trekt, daar zij al hun weten uit boekjes maar niet uit het leven hebben geput.

Op sociaal gebied terecht gekomen, zoo willen wij er toch een oogenblik bij verwijlen; „the topic of the day" trekt ook ons krachtig aan, en wij beginnen met de vraag te stellen; of men het edele woord vrijheid mag toepassen op de zonderlinge wijze waarop tegenwoordig vele werklieden met hunne werkgevers omspringen. Om de onbeduidenste, althans gemaklijk door onderling overleg uit den weg te ruimen reden wordt een bloeiende fabriek, soms een geheele tak van nijverheid tot stilstand en kwijning veroordeeld, worden honderde gezinnen voor het minst tijdelijk tot ellende gedoemd, zoodat wij- — gaarne den drang tot lots (loon-) verbetering erkennende als geoorloofd, — toch vele der werkstakingen aan bandeloosheid toeschrijven, een met te streng woord wanneer wij het oog slaan op den daaraan gepaard gaanden dwang, uitgeoefend op de gezellen die willen blijven doorwerken. Geeu patroon kan rustig de toekomst te gemoet zien, en de vraag wordt gebillijkt of die soort van liberahsmus de geheele 'maatschappij 'niet belemmert in hare ontwikkeling.

Eene kortelings in Frankrijk opgemaakte statistieke opgave