ACHTERHOEKSCHE MENSCHEN IN AMERIKA

DOOR

H. W. HEUVEL. I.

Wanneer men in den Achterhoek boerenwoningen binnentreedt, ziet men niet zelden aan den wand familieportretten, waarop menschen zijn afgebeeld, die niet meer de landsdracht, maar het moderne costuum dragen. Gaarne vertelt u de vrouw des huizes, dat het familie uit Amerika is: een broer met de zijnen, een oom of tante, een neef, een zwager.

Vooral sinds het jaar 1846 zijn velen van het platteland naar de Vereenigde Staten van Noord-Amerika verhuisd, 't Was de Gereformeerde predikant Ds. van Raalte, die in dat jaar voor een kolonie van „Afgescheidenen", die eerst vervolgd en lang gesmaad en achtergesteld waren, een vrijer woonoord in de wouden van Michigan had gezocht. Na dien eersten uittocht zijn tal van Gereformeerden naar dat nieuwe vaderland getogen. Het ging er den meesten, ook op stoffelijk gebied, veel beter dan hier. Dat lokte ook tal van anderen uit, om te beproeven, of de fortuin hun ginder gunstiger zou willen zijn, vooral kleine boertjes en arbeiders uit de schrale zandstreken, die vergeefs zwoegden en tobden om een sober bestaan. Nu en dan was er iemand, die iets te kwaad had met de justitie en die dan, geholpen door een gewieksten agent eener stoomboot-maatschappij, op geheimzinnige wijze verdween, om aan gene zijde van den Oceaan weer op te duiken en een nieuw leven te beginnen.

Bij de Achterhoeksche menschen, die familie in Amerika hebben, is de horizon wat wijder dan bij andere plattelandsbewoners; er waait een frissche wind van andere denkbeelden, 't is er minder duf en bekrompen en de traditie is er niet zoo oppermachtig. Men ontvangt er brieven uit het land van overzee en moet telkens de pen hanteeren, om terug te schrijven naar het andere werelddeel. Vaak leest men er ook Amerikaansche kranten, die de verwanten naar 't ouderhuis sturen. Men weet er te praten over de