5

de Philosophie te Douay. Wij namen het middagmaal bij den Heer Birinx, griffier aan de Rekenkamer hier te Roermond. Hij is de broeder van onzen ordegenoot pater Magister Alexander Birinx te Antwerpen en, naar ik meen, een medeleerling van pater Joannes Antonius. Daar waren nog aangezeten met ons, de pastoor-deken yan Venray: de Eerwaarde Heer Cuyckins en een zekere Eerwaarde

Heer pastoor te Ghislain (Henegouwen),

beiden verwanten van pater Henschenius. Wij ontmoetten daar ook een jeugdigen priester in het Canonieke Recht, een, mijnheer van Diestere, alsmede een mijnheer van Elsenbroeck, een adellijken Luxemburger, beiden studiemakkers van pater Birinx.

Na het maal maakte ik een wandeling over de hobbelige straten door de stad. Oude gebouwen, grootendeels uit baksteen. (6) Bij het stadhuis ziet men het begin van een geweldig grooten toren, ter hoogte van vier verdiepingen, van hardsteen, boven de huizen zich verheffen. De parochiale kerken (7) vonden we gesloten. Het Munster alleen stond open. Het is verreweg schooner dan de stad zelve. Uitwendig is het weinig aanzienlijk, doch inwendig zeer bevallig en merkwaardig door zijn buitengewoon schitterenden bouwstijl. Ik twijfel er haast niet aan, of bij het bouwen van het latere gedeelte van de kerk te Leuven, wat betreft koepel en kruisschip, het Munster tot voorbeeld genomen is. Behalve dat onze kerk veel hooger is van aanleg en in proportie tot de hoogte minder ruim is en dat zij kleinere kapellen heeft, beantwoordend aan de twee beuken aan weerszijden.

Had ik eerder geweten, dat een zuster van pater Horentius Montfort in het klooster verbleef, dan zoude ik daar zeker een bezoek gebracht hebben.

Pater Bollandus legde met een leeraar van het College ook een bezoek af bij de Ursulinen (8).

Het overige gedeelte van den dag zag pater Henschenius in beslag genomen door ambtszaken, die hij met vrienden had te beredderen.