— 142 —

Willem Vincent van Wittenhorst en diens gemalin Wilhelmina van Bronckhorst.

Deze Willem Vincent was zoon van Jan van Wittenhorst, heer van Sonsfeld, Geheimraad van den hertog van Kleef, heer van Drongelen en Gansoijen (bij Heusden), en Adriana van Schagen, en alzoo achterkleinzoon van Jan van W. en Josina van Wees.

Zijn grootvader Herman was in Staatschen dienst overgegaan en had het Protestantisme omhelsd.

Jan van Wittenhorst Hermans zn. X

Elisabeth van Schagen, leefde nog 1656 hadden tot kinderen:

1. Herman (Protestant) X 1644 Judith van Gent.

2. Johan, Prot.

3. Willem Vincent, Katholiek.

4. Aleidis, Kath. X met Adam Schellart van Oppendorf, heer van Geysteren f 2 Nov. 1662, Aleidis f 26 Nov. 1654. Deze echtelieden lieten ten jare 1641 de oude St. Wilbertskapel herstellen.

5. Josina van W., Protestante X Jan Sigismond van Wylich, heer van Lottem, deze later ook Prot.

6. N. N. van W., Prot. X Schellart van Obbendorp, tak Gürzenich.

Johan Vincent was in 1646 in éérsten echt verbonden met Wilhelmina van Bronckhorst (dochter van Nicolaas en Josina van Amstel van Mynden) eerst weduwe van Ruijtenberg en later van Beerend van den Bongard, heer van Nijenrode (bij Utrecht) en van Stad aan 't Haringvliet. Uit deze twee huwelijken waren geene kinderen, maar Wilhelmina had de tocht of 't vruchtgebruik van Beerend's heerlijkheden.

Johan Vincent en Wilhelmina woonden aanvankelijk te Utrecht nog in 1656, waar zij als verdienstelijke Katholieke edellieden bekend waren. 1)

Bij den aankoop der Heerlijkheid Horst vestigde hij zich op het voorvaderlijk slot der Wittenhorsten en bracht

i) Zie Nuijens Geschiedenis der Nederl. Beroerten Amst. 1866, I, 2de Deel, lijst der Kath. Edelen,

!