wegens twee reizen door neöerland. &6f

is. Insgelijks vond ik het groote en kleine Haarlemmer* bout bezigtigenswaardig, aar er intusfchen tot het opnemen van dit alles Hechts een dag vereischt werd, reisde ik den volgenden dag met de Jaagfchuit voort mnrLejden.

Deze ftad is i inzonderheid wegens hare Lakenfabrijken, z°° beroemd, als eenige in Europa. De Leydfche lakens zijn zoo fterk gezocht, ^dat men daarvan eene'zeer groote menigte naar buiten 's lands , tot zelfs in de Levant , verzendt. Men telt veel meer dan duizend menfehen, die hier alleen de wol zuiveren, waaruit men vervolgens de lakens en kamelotten bereidt. Intusfchen bewijst de ontzaggelijke menigte van bedelaars, die ik hier aangetroffen heb, dat er in deze, weleer zoo bloeijende ftad, vele getouwen moeten zijn verdwenen.

De onfterfelijk beroemde mannen, scauger, hadria»

nos junius, petrus van foreest, lambertus doponaeos ,. joannes coccejus , franctscus gomarus , PAUL!is merula, JAPÖBU3 arminius , antonius leeuWir-hoek (?) dorma -nus, cluverius , boerhave,

vitriarius, en meer anderen, hebben de Hoogefchool, welke oroftréeks 1-569 [in 1575] te Leyden werd opgerigt, bij de geleerde wereld zeer beroemd gemaakt.

Jk heb hier veertien dagen met veel genoegen doorge» bragt en in dien tijd niet flechts met vele Leydfche Hoogleeraren kennis gemaakt, maar ook een gemakke» lijken toegang tot de volgende merkwaardigheden verkregen; als I.) de Bibliotheek, welke, behalve met de kostbare afbeeldingen der voornaamfte Geleerden, met een voortreffelijk Copernikaansch zonneftelfel prijkt; 2.) de Snijkamer, welke met v le Naturalia en Zeldzaamheden opgefchikt is; 3.; de Kruidtuin, waarin bijkans alle gewasfen te vinden zijn, welke de vier werelddee|en opleveren; 4.) het groote Auditorium; 5.) de Burg, welks ouderdom tot 949, en den tijd van den Sakfifchen Vorst hengist, reiken zou, en boven op welke men een' Doolhof vindt, en het aangenaamfte uitzigt der Wereld heeft; 6 ") het Stadhuis, waar men rubbens Voortreffelijke fchilderij van het Laatfle Oordeel ziet. (*)

Het

(?) Niet van eub:;e??s, maar van lücas van leyden.

yert.