4oa VERSLA (?

Ras ondervoed cok Het openbaar onderwijs den heilzamer) invloed der veranderde tijdsomlfandigheden. De verdoofde doch nimmer uitgebluschte ijver voor de letteren en fiudien herleefde. De bevrijding van knellende banden wekte de werkzaamheid op. Her herwinnen van verlorene fchatten van kunsten weteniehap, gaf nieuw voedfel aan den geest; er behoefde Hechts door leiding en door onderfteuning voorzien te worden in de behoeften der door langen druk verarmde en uitgeputte inrigtingen van onderwijs.

Een aanhoudend onderwerp van de zorg en onderfteuning des Konings zijn alzoo de verfchiilende fcholen, zoo wel lagere en middelbare als hoogere fïeeds geweest; de eerstgenoemde, beftemd om aan alle ingezetenen, zonder onderfcheid, eie eerfle beginfelen van kennis en befchaving, als lezen, ichnjven , rekenen , de landstaal te verlchafFen; de tweede voor hen, die eene meer befebaafde opvoeding aan hunne kinderen wenfehen te geven, en dezelve het onderwijs te doen genieten in andere hedendaagfche of ook geleerde talen, in /Nardxijks-, Gefchiedkunde en dergelijke; de hoogere eindelijk gefchikt om de leerlingen, na afloop van ' het. lager en middelbaar onderwijs, tot eenen geleerden Hand in de maatichappij op te leiden.

Lager en Middelbaar Onderwijs.

De eerstgenoemde fcholen hadden, federt de invoering der wet van 3 April i8oó, welke zoowel de evengemelde middelbare als lagere fcholen omvattede, in de Noordelijke Provinciën, eene verbeterde inrigting bekomen.

Reeds lang te voren, had men, in die Provinciën, pogingen in het werk gefield, om de lagere icholen, welke, zonder genoegzaam aantal kundige meesters, zonder algemeene opzieners of goeden leiddraad van onderwijs, zeer achterlijk en gebrekkig waren, te verbeteren.

De Maatfchappij: tot Nut van V Algemeen, in 1784. opgerigt, verwierf zich in dezen vele verdienften. De

tus-