ROOMSCHGEZINDE BROEDERLIEFDE. 5^5

den Kerkhervormer luther gelezen hebbende ^kreeg hij grooten fmaak tri dezelve. Met geheel zijn hart den gezuiverden Godsdienst omhelzende, ging hij van Parijs naar Geneve, om aldaar kennis met calvinus te maken. Van Bazel naar Straatsburg getrokken zijnde, verborg hij zijne gevoelens niet langer, maar deed er openlijk belijdenis van de waarheid. Niet lang liep het aan ot' martinus bucerus verzocht, dat diaz met hem naar Regensburg mogt gezonden worden, om hem eene behulpzame hand te bieden in de zamenfpraak, die, daar, tusfehen de Proteftanten en de Roomschgezinden ftond gehouden te worden. Te Regensburg vonden zij petrus malvenda, insgelijks een Spanjaard, die verbaasd was, dat hij zijnen landgenoot diaz in het gevolg van BUCEiius zag, daar hij hem voorheen te Parijs gekend had. Hij fprak hem aan, en vermaande diaz ernftig, om weder tot den feboot der Kerk te keeren, doch kon op 's mans gemoed, van de waarheid vastelijk overreed, niets, verwinnen. De gramfchap van malvenda deed hem derhalve iets ondernemen, dat door ieder braaf mensch , welken Godsdienst hij ook aankleeft, ten fterkfte afgekeurd worden moet, en Hechts bij de Lofredenaars van den Bartholomeusnacht toejuiching vinden kan. Aanftonds fchrijft hij aan den Biechtvader des Keizers, wat hem gebeurd was, en dat hij op middelen, om den ketter van kant te helpen, moest bedacht wezen. De Biechtvader laat dien brief aan eenen anderen Spanjaard lezen, die ijlings naar Rome vertrekt, in welke ftad alphonsus diaz, een broeder Vin johannes, een aanzienlijk ambt bekleedde. De zaken te Regensburg afgedaan zijnde, begaf johannes diaz zich naar Neuburg, om het opzigt te hebben over een zeker boek van bucerus, hetwelk aldaar gedrukt worden zou. Alphonsus hoort naauwelijks te Rome den afval zijns broeders, of fnclt naar Regensburg , hoopt hem aldaar nog aan te treffen, en hem weder tot de Roomfche Kerk te brengen. Mislukken zijne pogingen, in zijnen heiligen ijver zal hij dan het br^e. derlijke bloed doen ftroomen, want hij heeft den uitvoerder zijner wraak reeds bij zich — in eenen dienaar, die weleer te Rome beul was geweest. Tot zijne fpijt verneemt hij te Regensburg, dat zijn afgevallen broeder daar niet meer is, maar zich te Neuburg bevindt. Terftond begeeft hij zich derwaarts met zijnen knecht, en

door