46 almanakken VOOR het JAAR iSl?.

ven van bet Dichtftukje: het mannelijk gezag. Ziet hier hetzelve.

„ Geen woorden meer: Ik, ik ben Heer, „ En eisch ontzagbetooning; „ Weet gij het niet? ik zeg 't u dan i „ Ik ben uw hoofd, ik ben uw man, „ En in mijn huis een Koning!"

Dus fprak erast. „ O ja , dit past," (Was 't antwoord van zijn vrouwtje.) „ Gij zijt de Koning, 't is bekend, „ En ik, ik ben het Parlement: „ Niet waar, mijn lieve boutje?" —.

k.rHof!" (rieP hü) — » P-n

(Was t antwoord dra) „ 't Voegt u ! wat moog' gebeuren , *t Geen ik ontwerp met wijs beleid, „ Met mannelijke deftigheid, „ Als Koning, goed te keuren."

Almanak, voor Vrouwen door Vrouwen. Voor het ^jjaar MDCCCXVII. Te Amjlerdam, bij de Wed. J. Dóll. Buiten het Voorwerk, 96 Bladz. In Duod. De prijs is f: - 18 - : *

Almanak, van Vernuft en Smaak. Voor het Jaar MDCCCXVII. Te Amjlerdam, bij de Wed. J. Dóll. Buiten het Voorwerk, 111 Bladz. In Duod. De -prijs is f: - 18 - : r

Deze twee Jaarboekjes, die elkander zoo trouw vergezellen , verdienen ook dit jaar dezelfde goedkeuring die hunne voorgangers genoten hebben. Over het geheel genomen, bevalt ons toch het tweede beter dan het eerfte, (doch elk zijn fmaak). Echter keuren wij het met af. Deden wij dit, dan zouden wij onregt doen aan de waarlijk verdienftelijke Schrijffters. Het tweede bevat menig bevallig en aandoenlijk Dichtftukje, en het eerfte behaagt door lieve onderhoudende Verhalen. Tot eene proeve van het gezegde nopens het tweede, fchrijven wij daaruit het kleine maar regt naïve Stukje af, getiteld:

DE