7£2 J» G. LE SAGE TEN BROEK,

bewijzen, en neemt toevlugt tot logen. (NB.) enz

Dit (en van gelijken aard is de seest en toon van dit hoekje) heeft dan de Aartspriester T. cramer goedgekeurd als op eene gematigde en liefderijke wij ze gefchr*. ven! Doch, dit al wederom verder daarlatende, zullen wii ons bij de zaken bepalen. — Heeft dan ten broek en.

firin? (TR^MEf dt b,ew«zen nict gelezen, tegen de onfeilbaarheid der Kerk door des eerstgem. Broeder, en anderen voortgebragt? — Zoo ja, dan was het wel zoo goed geweest, dezelve te wederleggen, als dus (omdat men met anders kan) er wat omheen en van laster en logen te praten. — Eigenlijk behoeven niet de Proteftanten de faalbaarheid der R.Kerk; maar deze moet hare onlaalbaarheid bewijzen: want die iets fielt en aanmatigt, moet bewijzen. <c- Dit kan de R. Kerk niet be, wijzen uit de H. 8.: want te zeggen, de Kerk is mh teilbaan omdat de Schrift het zegt: en de Schrift is Uoas Woord, omdat de Kerk het zegt, dit is een cirkel

maken m de redenering, en er is maar weinig menfehenveritand toe noodig, om te zien, dat dit geen flag van redeneren of bewijzen is. — Door wonderen kan de iv. K. het niet bewijzen: want zij doet dezelve niet, kan dezelve met doen, en hetgeen wat men daarvan vertelt, is fabel of bedrog: eindelijk, hare feilbaarheid blijkt uit de tegenltnjdigheid van fommige harer leerftellingen en verordenmgen met de gezonde Rede en met de befchrevene Leer van J. en zijne Apostelen; en uit de veranderingen , die in dezelve gekomen zijn. — Dit alles en meer nog. is tegen de onfeilbaarheid der R.Kerk ingebragt. VVaarom heeft ten broek, waarom heeft cramer niet

eene poging aangewend , om dit te wederleggen ? ,

^oo de Heer CRAMEft er kans toe ziet, moest hij nog eens voor den dag treden, om dit te doen.

Doch, om tot de hoofdzaak zelve te komen: na eene aanhaling jan bossuet , zegt ten broei; , en cramer heeft het bevestigd, welke de eigenlijke zetel der onfeilbaarheid is , en hoe'ver dezelve zich uitftrekt; en ' zij zoeken den lezeren wijs te maken, dat de Proteftanten er van gemaakt hebben, wat zij goedvonden, en dus pene door nen zelve verzonnen fabel beftrijdep

Ter voorkoming van alle voorwendfels, dat wij ten' «roek kwalijk begrepen, deszelfs woorden verdraaid, hem iets hetwelk zijn gevoelen niet is , als zijn gevoelen opgedrongen, en dus een wangedrogt van óns'roaak-

fel,