de vruchteloosheid der aanvallen, ENZ. 203

bigenfen niet vervolgen en uitroeijen wilde? Was het niet innocentius III? heeft deze niet, met belofte van volkomen' aflaat, Vorftcn en volken tegen hen te veld doen trekken, en zijn niet 60, of 70 duizend zielen verfchrikkelijk omgebragt ten gevolge hiervan? — En wat de Inquifitie betreft; wat leert ons de gefehiedenis omtrent den oorfprong der Inquifitie en derzelver werking in Spanje, te Goa en elders? — Zijn de Inquifiteurs geene Geestelijken? zijn zij het niet die de menfchen heimelijk opligteden en door de verfchrikkelijkfte foltertuigen hen pijnigden, om hen tot bekentenis van misdaden , waaraan zij onfchuldig waren, of tot het noemen van medepligügen, die zij niet hadden, te dwingen , enz. Het is waar, de Inquifitie gaf de veroordeelden aan den wereldlijken regter over; en verzocht zelfs, dat men geen bloed zou vergieten; maar wat beteekenen zulke woorden? Die fchijnbare zachtheid en zulke woorden der Inquifiteuren zijn van geen' anderen aard dan de kus van judas en zijne woorden, wees gegroet Rabbi, waarmede hij zijnen Heer overleverde in de handen zijner moordenaren. Doch wat ten broek hier fchrijft verdient geene verdere wederlegging. Dat hij in minder algemeen bekende zaken tegen de waarheid in fchrijft is te begrijpen, en het is goed dat men minkundigen de valschheid zijner redenen aanwijst; maar ten aanzien van dit ftuk is het onnoodig, dewijl bijna ieder beter weet. ——

Meer bijzonderheden zullen wij niet bijbrengen, om het onwaarachtige, bedriegelijke en hatelijke van dit Boekje aan te wijzen ,• en even min willen wij bijzonder over het Nafchrift aan zijnen Broeder fpreken, hetwelk al zeer bitier en fcherp is: het gezegde zal, vertrouwen wij, genoeg zijn, ten betooge van ons beweerde, dat ten broek, door zoo te fchrijven, en de Aartspriester cramer, door het goed te keuren , getoond hebben, de leer en gefehiedenis hunner Kerk niet te kennen , of dat zij niet ter goeder trouw te werk zijn gegaan: en dit meenden wij breedet , dan anders ons beftek medebrengt, te moeten aanwijzen , ornaat die Heeren telkens zeggen , dat de Proteftanten hunne leer verdraaijen, liegen en lasteren, en omdat de Aartspriester cramer dit Boekje heeft goedgekeurd als op eene gematigde en liefderijke wijze gefchreven, —-

Ver-