leerredenen. 531

zondaar, en, in dat derde, aan allen gelijk; en zullen de gevallenen zich wel gemakkelijk voor gevallene vrienden van den Heere jezus durven houden? Ja, had men ee s tot petrus gezegd: gij behoort immers tot de vr enden van Tezus? Hij zoude wel zeker geantwoord Seir Tweet wel, dat ik teedere betreklung der liefde op Hem gevoele: maar mij onder zijne vrienden ïe tellen - mij., ais zijnen gevallenen vriend aan « merken— ach dat komt mij zoo bedenkelijk vooi. — Hoe flecht heb ik mij zijn' vriend betoond! Maar had 1 hem o-eze^d: KÜ z jt een groot zondaar; doch als S eenen w nuw Heer u immers aannemen ?_ Hij had 13 p dien grond heb ik mij bij zijne vner, §en Sv n onthouden;0 en wil de eerfte gelegenheid, al?de beste, waarnemen, om Hem te verklaren, dat £ Hem toch nog waarlijk lief hebbel Op deze wijze kan men alle gevallene en berouwhebbende zondaren, mar baarheid bemoedigen; terwijl de gevallene, en beSuwSende vrienden van jezus daarmede niets verliezen. Vervolgens zien wij hier, wat het m nebbe voor elk huisgezin, vriendfchaps-betrekkmg op jezus Ie hebben' en hoe groot, wijs en ontfermend Hu z.ch, zelf in zijn? laatfle0 en bangfte oogenblikken betoonc En dat alles op zulk eene wijze voorgedrag n, dat Let niet kan nalaten elk hart, waarin nog eenig gevoel overbleef, ten fterkfte voor den Grootea Verlos er m te nemen. Eindelijk handelt de Eerw. D. C. rn de pci T eèrrede naar aanleiding van lukasXXU: 19b., zesde Leerr.cie, 1 ^ aangetcekenden tekst,

SfaSrfti% St wordt, «* dan ook in zijn Sen doel gebruikt wordt , wanneer men voorbereiding X of opwekking tot het regte vieren van he1 Avondmaal bevorderen wil, maakt onze Prediker hei dicn^tbaar, om zijne hoorderen te leeren, ooe en waartoe men onzen Heer altijd in gedachtenis moet houdep. En dit doet hij uitnemend. Met dit al, wenfchen wy niet, dat deze wijze van doen te veel in gebruik zal ïSnen; en D. C. er, door zijn voorbeeld, te veel aanipidin» toe zal geven. Een man, als zijn beiw. mu Sifmet de grootk handigheid en veel nut.doen: maar «rroote mannen wil men doorgaans navolgen, en de Svoïers Zijn dan niet zelden lieden, die het op verre S tar1 niet brengen kunnen, waar de voorganger^