of de rampen der vo0ró0r.deelen. 6zi

ga°°k™?X geheel en al in vettnkking, ik vloog op, ik"„™kVtare band aan mijne botst, en vetltontt, „,„,

haar te omhelzen. — ,' , „„ i u„n pr

Is er dan geene roos zonder fcherpe dorens! kan er dan m deze wereld niet eens een enkel oogenbhk een zu ve?Pen ongertoord genoegen gefmaakt worden ! Juist cl hetzetfde oogenblik, dat ik albertina voor het eerst van rSleven in mijne armen drukte, wordt de deur op^het onverwachtst geopend, en Jufvrouw fleeming (dit was de huishoudfter), die hatelijke Jufvrouw flee. mimg, treedt in de kamer! .... ,„

Albertina zat onbewegelijk, zy werd verlegen, befchaamd en r00d als een vuur. Ik ftond voor haar als een ffibVel^gcheelfprakelooa. Had nu dat verachtdrjk men ch maar geveinsd, als of zij niets gezien had , doch Si had de wreedheid van te zeggen: zoo! zoo marnfel albertientje! dat heb ik gezien! Dat Leydfche ftuaenJfcfcSnt u beter te bevallen, dan dat mormeldier-uit h3et Moffenland, met zijne fchrale en kuitenlooze beentjes

„Albertina zweeg, wat zou zij gezegd hebben? Ik ftond als de Nothankerfche jonker z^geling , met mijne oogen op den grond gevestigd, allerlei gedachten en aandoenin-en, als teleurftelling, ichaamte, gemelijkheid, £KL»n en meer andere gewaarwordingen maakten my ïofftom a een visct In dezen toeftand bleef ik nog eenige oogenblikken, zelfs nog toen Jufvrouw fleeming reeds vertrokken was.

Albertina zag mij met eenige ontevredenheid aan hoe kondet gij zoo dwaas, zoo onvoorzigtig zijn, karel. Se zij ten laatfte, moest gij mij dus voor onze dienst, boden ten toon ftellen! Wat zal hiervan het gevog zSni Ik ben verzekerd, dat mijn vader geen voet in h ,V zal zetten, of hij zal het weten; ik ftel geen vei«ouwen op dat'mensch, zij is eene huichelares, en zulk ppnf moet men altoos wantrouwen.

Ik herftelde mij, en een vrolijk gelaat aannemende , antwoordSs ik, dat het mij leed deed . dat ,k 1^eam onaangename oogenblikken had veroorzaakt, doch da ik, mttde zaak met meer aandacht begon te overdenken « niets onbetamelijks in vond , haar-te kusfen;-dat die