SLEUTEL VAN DE VERBORGENH. DER LAATSTE TIJDEN. 6*3

komst heeft .met het Portret van ludeman. Hij ziet er heel opgeruimd en zeifs fpotacht g uit. Deze komifttte trék hinderde ons geweldig bij het openfiaan van Set Boek, n eer wij nog eene enkele bladzijde gelezen ïadden a let Werk bij ons, 'uit dien hoofde, reeds onder een zek r vooroordeel; de itlufic was ten rnmSe uit wij hadden namelijk gemeend dat wij Iner een zeer degelijk en fata? Werk in handen namen en dat wij dus onze aandacht in eene zeer demnnge «ïoni te bikken hadden; doch de beichouwing van de fretachtige tronie van nüse bragt ons tot geheel andere gedachten; gaf eene geheel andere wending aan onze verbeelding,en tooverde ons de vraag voor den geest, Of nüse ons niet voor f 4 -' i°> ' vo?r c"10e"

ïen wil vèrkoopen? Ten minde, zoo als wy zeiden, de Malie was voorbij, wij begonnen te twijteien , en dit was nog Hechts het uitwerkfel van het befcaouwen van het Portret van den Schrijver, dat wij vooronder tellen- wél getroffen te zijn, zonder dat .wij d.t-echter verzekeren kunnen, daar wij de eer niet hebben van den man te kennen, die, volgens het oyaal omfcbrift van het Afbeeldfel, niet voor zich alleen gearbeid leeft, maar voor allen, die de waarheid en wetenjchap

SpWij2'verwijderden echter, zoo veel wij konden, het wonderlijke gelaat van den man van den Sleutel, om ons tot de lezing en overweging van het Werk zeil te beleven En wat was het' refultaat? Dit: dat wy ons ove uigd ïielden, dat geheel het Werk met geen ander oogmerk is gefchreven, dan om bgtgeloovige menfchen op brandfehatting te dellen; terwijl er tevens uit voort kan vloeden, fchoon dit wel het oogmerk denk* lijk niet geweest zal zijn, dat er zwakke hoofden door op hol geraken. ^T . .

Wij beleven een' zonderlingen tijd. Naauwehjks is de oorlog ten einde, en daardoor aan de gemoederen een ftaat van kalmte en bedaardheid terug gegeven, die ben reeds vreemd was geworden, of van alle kanten doen zich verfclüjnfelen op, diè de gemoederen op "ïetw komen beroeren: hier verfchiinen nieuwe lekten, daar treden moderne Profeten en Profetesfen te voorfchyn, girids dagen weder Uitleggers op van oude- voorzeggin. !en, en het ontbreekt geen derzelve helaas! aan profcBten, offchoon het er dan ook profeliten naar zijn.