17» BESCHRIJVING VAN HET TINGAR GEBERGTE

genoemd wordt, en die ongeve.er twee uren van Adihono ligt; men komt op dezen weg nu eens doofde d.epte der valleijen, dan eens langs of over heuvekt gfeSfö,,"** ZëldCn zeer Pittoreske gezigterrV Wmede de klaagtoonen van fommige vogels en bet ïeritfel van de catdar^boofnen .föJ^^rtnenrSS Da Ja, is eene onafgebrokene vlakte, beffaande uit een ligt grijs, volHrekt onvruchtbaar zand, welks bovendeelen fomtijds verplaatst en uitgehold worln door ge

Ir vin ret'den-,Zij lbekt Zich omtrent een kiein hSf uur van het noord-oosten naar het zuid westen uit, doch hare breedte bedraagt nauwelijks eenige hjndêrd vadems; zij ligt geheel als bemuurd binnen fteile bergen. In bet zuid.oosten dezer vlakte ligt de berg Brama •

hS tóiW^ l^gel' ™t,enr ^ vadems i^lfS ? ï UU Seelachtig vulkaniek zand, en uitgegloeid door den regen; het grondvlak van dezen kegel is omringd met golfswijze gevormde zandhoopen; zijne verharde oppervlakte is bedekt met kleine \, J fchiliend gekleurde, brokken van lava? n met pil" Heen. Dezelve geelt eenen Herken klank van z c£ , wanneer men er op Haat. '

Bij de offeranden, die elk bergdorp op eenen bepaalden tijd van het jaar uit zijne verfchillende foorten van vruchten hier komt brengen, hoedt men zich, iets dat gekookt is, onder die vruchten te mengen' De ftorting hunner offers in den vuurmond ^aat vergezeld van gebeden aan brama, dat bij eenen "overvloediger! oogs nióge fchenken. Men heeft zich geenszins te ver" wonderen, dat menfchen, die nog op den laagften trap van kunde Haan, zoo bijgeloovig van eenen vuurber* denken, dat zij denzelveu door een magtig bovennatuurlijk wezen bewoond achten, daar zulk een vuurberg zelfs voor hen, die oorzaken en werkingen veel beter kennen, verwonderlijk en ontzettend blijft De vuurberg Brama ontvlamt van tijd tot tijd, en braakt dan eene groote hoeveelheid asfche uit, die den grond op al de bergen bedekt, en het te veldHaande gewas bederft. Dit onheil aan de gramfchap van brama toefehrijvende, meenen zij zich de gunst van dezen door hunne otters en gebeden te moeten waardig maken. De dematig van Adihono, een man van middelbare jaren, Herinnerde zich vier dier uitbarflingen gezien te hebben.

De