l8S DE ONBEKENDE TE BRACHFELD.

derd worden, en zij nam dus, zonder bedenken de haar aangebodene plaats bij freule jeannette aan. Het befluit van ferdinand was ook onwrikbaar, om, tot den dood van den oom, onder eenen aangenonienen naam, te Brachfeld, in de nabijheid van leonora te blijven, en om, bij alle gelegenheid haar zijne hulp , zoo zij die mogt noodig hebben, te bewijzen.

Hij liet dus den jongen kunftenaar, zijnen vriend, alleen naar Frankrijk reizen. Doch hij fchreef, om zijnen oom niet achter de waarheid te doen komen, een dozijn brieven, welke hij uit de voornaamfte plaatfen in Frankrijk dagteekende, en aan zijnen vriend overgaf, om dezelve van tijd tot tijd in Frankrijk op den post te beftellen; en even bierdoor was ook, inderdaad, voor eenige dagen, een brief van hem uit Parijs aangekomen, fchoon hij reeds verfcheidene weken te Brachftld had doorgebragt.

Niemand werd, voor het overige, in het geheim ingewijd, dan de hof bankier rudolf, welke door den oom bevel had ontvangen, om den neef de noodige fommen te bezorgen, en welke het ook op zich nam, om van den laatften van elke j verandering in zijne omHandigheden fpoedig berigt te zenden.

Ferdinand reisde dus eer dan leonora naar Brachfeld, om de gelegenheid van die plaats te ieeren kennen, en zijne aanneming in het Cafino had geen ander oogmerk, dan om kennis te maken met den overfte en'zijne dochter. /

De erfprins van ***, in wiens gezelfchap hij eén gedeelte van Italië, in eenen zeer vertrouwlijken omgang, had doorgereisd, ontmoette hem toevallig. Ontdekt en herkend zijnde, hield hijliet voor liet beste, om den jongen vrolijken prins deelgenoot van zm geheim te maken , en hem tevens om geheimhouding van hetzelve te verzoeken — een verzoek, waaraan door dien vorst uitmuntend werd voldaan.

Dat ferdinand gelegenheid vond, om leonora heimelijk brieven te overhandigen, dat hij over den tuinmuur klom, om met haar door haar venfter te fpreken, dat hij, bij zulk een ontdekt gefprek, zijn best deed, om jeannette, die hem gemakkelijk alle gelegenheid, om zijue geliefde te zien, had kunnen affnijden , te vleijen — was natuurlijk. Hiervandaan de omhelzing en de toeftemmïng tot eene bijeenkomst.

Doch