Ao8 aanleiding, aanleg en opening

aanleiding, aanleg en opening der niceen3chê kerkvergadering, benevens de gevolgen daarvan ten opzigte van ARIUS , zijnde tevens eene bijdrage ter beoordeeling van het karakter van CONSTANTIJN

DEN GROOTEN.

Dat de Niceenfche Kerkvergadering gehouden werd te Nicéa in Bithynie, Au. 32-:, is algemeen bekend. Vknema, Hisi. Ecclef. Sec. IV. T. II. p. 226, vetBaalt uit de bij hem aangehaalde fchrijvers, dat dezelve begonnen is den 19 Junij. en geëindigd den 25 Augüi' tus van dar jaar, zijnde het aofta der regering van'

constantijn den grooten.

Op die Vergadering was tegenwoordig eusebius , bij' genaamd pamphilus, bisfehop van Céfaréa, geboren A°. 5164, tot bisfehop gewijd A°. 313, en geftorven A°. 338. Deze fchreef eene Kerkhistorie, maar dezelve eindigt vóór deze gebeurtenis met het jaar 322. Daarin is dus betrekkelijk die zaak niets te vinden. Dan, 1'y fchreef ook nog het leven van constantijn den groo* ten.' Doch het gewag, dat hij daarin van die Kerk' vergadering maakt, is niet zoo uitvoerig, als men wel van een ooggetuigen wenfehen zou. Maar de kerkelijke gefchiedfehrijyer socrates, die wel eerst eene halve eeu^ later, omtrent het jaar 380, geboren is, en A°. 440 bloeide, maakte van de fchriften van den genoemden eusebius, en van andere oorfpronkelijke (tukken van dien tijd, getrouw gebruik, en is alzoo in deze zaak volkomen geloofwaardig. Uit het eerfte Bock nu vafl diens Kerkelijke Gefchieclenis is getrokken hetgeen, vvaJ wij hier thans mededeelen, nopens de aanleiding, drf aanleg, de opening en de voor arius noodlottige geyol' gen der gemelde Kerkvergadering, en waaruit men te* vens het. karakter van constantijn den groqteN* eenigzins zal kunnen beoordeelen.

J, Wat de aanleiding tot die Kerkvergadering be*

tren»