over de vordering, der grieksche wijsqeeren, 54$

, Over de gedeidheid der maan, hare aanzigten, vlek* ken fzeeën en bergen) hebben de Ouden met een ontwapend oog juist hetz.lfde als noodzakelijk voor'* z'-£.d, hetwelk de nieuweren met hunne verrekijkers ?ls werkelijk aanwezig bevonden hebben. — Zoo is, lfl onzen tijd, onder de verdienden van kant geteld, "at hij eene planeet vermoed en ook voorzegd had , die Herschel naderhand werkelijk gevonden en voor het ftenfcheltjk oog zigtbaar gefteW heeft. — Laat mij de kpnde en het gebrek aan volledigheid, door gemis van minnelijk of tastbaar bewijs, ook~ nog met een voorbeeld de gefchiedenis der latere derrekunde ophelderen •Hogen. —- De planeten venus en mercürius hebben Met betrekking tot ons verfcheidene phafes of aanzig»" ten, ook met betrekking tot de maan. —— Men voerde weleer aan copernicüs te gemcet, dat, volgens zijn fystema, deze aanzigten aan ons ook blijkbaar moesten Worden, en men benoor, dat zijn fystetna valsch was, 0n-'dat men dezelve niet zag. En echter zijn zy

V zeide copernicüs, „en gij zult ze zien, wan* ^eer men immer middel zal vinden om het menfchelijk °°g beter te wapenen." 4* Welnu, de uitvinding der *eh'skopen, en de daardoor gemaakte obfervatien, welke de geleerde wereld aan gallïlei verfchuldigd is, hebben de verzekering, door copernicüs gegeven, ten volle bevestigd. — Zoo bragt tycho buahé aan de Uitrekeningen van ptolom^eus, even als copernicüs etl gallilei aan de Hellingen van philolaüs, het be^ijs der wezenlijkheid toe, door het hulpmiddel hunner Werktuigen, hetwelk hunne voorgangers derfden. Want *i!e fterrekundige fystemata kunnen tot deze twee hoofdpunten terug gebragt worden, of wij moeten met pto"^M^ius dellen, dat de zon om de aarde gaat, en °n.zen bol in het midden van ons delfel plaatfen, of

'j moeten ons aan philolaüs, aan copermcus, ,*i-lilei, newton, en als ik zoo mag fpreken, aan .e rede houden, en dellen de zon in het midden, om ^ewelke in bepaalde kringen, de andere planeten der.

e|ver loop volbrengen. Twintig jaren na de geboorte van christus leerde

t.olom^us het zoo even aangeduid fystema. De aarde^ e hrj, daat in het midden van het heelal, rondom

* aarde bewegen zich de planeten van het oosten

*ar het westen. De maan volbrengt hare beweging *«ïng. 18i9, No. ia. Mm om