4 PSYCHOLOGIE DES CHRISTENDOMST

vrouw hem zoo lief had, en dat hij om deze liefde, waardoor zij verbeterd vyas, haar vergiffenis gefchonken had: denk eens, hoe geheel anders had hij dan zijne gelijkenis moeten voordellen? Twee menfchen waren fchuldenaars van eenen rijken geweest. De een intusfchen had hem zeer'lief gehad, had alles te zijnen genoege gedaan; de andere had 4iem naauwelljks de gewone beleefdheid bewezen: wien van beide zou hij wel het eerst de fchuld hebben kwijtgefcholden ? De Farizeë'r zou hebben moeten antwoorden: dien, die hem het meest lief gehad had! Maar deze loop neemt de gelijkenis van jezus niet, Hier komt het kwijtfchelden eerst, en het liefhebben daarna. Het < kwijtfchelden is oorzaak, niet gevolg der liefde. Mij dunkt, dit moet gij volkomen begrijpen.

ZEVENDE BRIEF.

Gij zijt overtuigd, dat jezus de zonden aan maria magdalena vergeven had , vóór dat zij hem lief had; maar dat zij in het vervolg hem zoo zeer beminde, en hem geene teekenen genoeg van eerbiedige liefde geven konde, omdat hij haar vergiffenis gefchonken had. Maar gij begrijpt niet, hoe de reine, vrome jezus dit heeft kunnen doen; hoe hij eene zoo diep gezonkene perfoon, die nog niet beter geworden was, hare vorige zondige [leefwijze; zoo maar heeft kunnen vergeven. Ik moet u echter zeggen, dat ik de wijze, op welke jezus den mensch tot het hoogde wilde opleiden, uit een geheel ander oogpunt befchouw. Jezus wilde met allen ernst, dat die vrouw zich beteren zoude: maar juist de vergifenis zou een hoofdmiddel ter harer verbetering, zijn.

Of kon er een ander, beter middel zijn? Jezus verfcheen als geneesheer der zieke menschheid. Hare ziekte Was de zonde; hare genezing was zedelijke verbetering. Hoe nn? Indien een geneesheer bij eenen zieke kwam, en tot hem zeide: „ wacht maar, tot dat

gij