buitensporige zucht voor vreemde landen. 45.

buitensporige zucht voor vreemde landen.

Francois de la mothe le vayer kende geen grooter genoegen, dan het hooren Van berigten wegens vreemde landen, Toen hij den dood reeds op delippcn had, ging zijn vriend bernier hem een bezoek geven. Naauwelijks herkende hij hem, of hij vraagde rer'tond : wel nu, wat nieuws van den grooten Mogol brengt-gijmij'mede? Ditwa« xen bijna zijne laatfte woorden, want kórt hierop ftierf hij.

bij den aanvang van het jaar achttien honderd twintig. , .

(Uit naam der. Schrijvers van het Letterkundig Magazijn.)

W ie in achttien honderd twintig, Weêr ons Maandwerk gunflig leest, Groeten wij het eerst van allen, Zeg'nen wij met welgevallen. Ja, veel heil, geliefde Lezers! x Heel dit jaar zij u een feest.

Schrijvers! die uw herfenvruchten

Aan ons oordeel onderwerpt, Werkt gij trotsch om lauwerbladen? Wierook moge u dar», verzaden. Maar uw inkt worcT goud, wen honger" Slechts uw ganzenveder fcherpt.