230

Groningen hieromtrent gedane waarnemingen en ondervindingen naar mijn inzien van eenig belang mag geacht worden , ten einde mede te werken om ook elders, onder Gods zegen en onder aanwending van alle hulpmiddelen die kunst en wetenschap aan de hand geven, de reeds sedert zoo lang hier gewoed hebbende Longziekte onder het Rundvee, te beteugelen en, zoo mogelijk, te overwinnen.

Groningen, 18 Januarij 1852.