MEMORIE VAN TOELICHTING.

297

Loodswezen.

De beide loodsschooners, waarvoor de gelden op de begrooting voor 1887 zijn toegestaan, zijn sedert voltooid.

De vier loodsschooners, waarvoor de gelden op de begrooting voor 1888 werden toegestaan, naderen hunne voltooiing.

De twee loodskotters, waarvoor de gelden op de begrooting voor 1889 werden toegestaan, zijn in aanbouw.

Op deze begrooting wordt het noodige aangevraagd voor den bouw van twee loodsschooners tot aanvulling van het reservematerieel, voor de uitrusting van de in aanhouw zijnde loodskotters, en voor de aanschaffing van roei- en zeilsloepen.

De ontsmettingsoven voor het ontsmettingslokaal ten behoeve van het loodspersoneel te Vlissingen, waarvoor de gelden op de begrooting voor 1888 waren toegestaan, is geplaatst.

Betonning, bebakening en zeemerken.

De bouw van een magazijn te Enkhuizen voor berging der betonning van de Zuiderzee, waarvoor de gelden op de begrooting voor 1888 werden toegestaan, is sedert beëindigd en het magazijn in dienst gesteld. Op deze begrooting worden gelden aangevraagd voor noodzakelijke vernieuwing van den stoomketel en voorziening aan den romp en de werktuigen van den stoomtransportschooner „Zeemeeuw", voor het oprichten van eene nieuwe ijzeren kaap op Hollum, ter vervanging van de bestaande, die verouderd en bouwvallig is en voor de plaatsing eener gasboei vóór het Hellegat, tot betere aanwijzing van dit vaarwater voor de scheepvaart.

Verlichting.

De gebouwen voor de verlichting te Delfzijl en Watum naderen hunne voltooiing. De lichtwachterswoningen te Kijkduin en Goedereede, de gasverlichting aan de N. O. punt van Rozenburg, en de nieuwe ijzeren lichtopstand aan het Zijpe zijn gereed gekomen.

De stoommisthoorn aan den Hoek van Holland is geplaatst.

Het maken van een brandput ten dienste der gebouwen voor de verlichting op Terschelling is, tengevolge van gerezen bezwaren, in nadere overweging moeten worden genomen. Voor alle deze werken waren de gelden toegestaan bij de begrooting voor 1888.

De bouw der op de begrooting voor 1889 voorkomende lichtwachterswoningen te Scheveningen en Egmond aan Zee, die van de gasfabriek aan den Hoek van Holland en van de gaslichtinrichting aan den noordelijken oever van den Nieuwen Rotterdamschen waterweg (bij de buskruithaven) hebben eenige vertraging ondervonden door de voorbereidende maatregelen in verband met het beschikbaar krijgen der noodige terreinen, doch zullen, naar vertrouwd wordt, thans spoedig onderhanden kunnen worden genomen.