256

MARINE-BEGROOTING VOOR HET DIENSTJAAR 1889.

die buiten oproeping bleven, 1895 personen ter inlijving bij de

zeemilitie aangemeld, als :

Friesland 235

Groningen • 190

Drenthe 67

Overijssel 112

Gelderland 152

Utrecht , . 56

Noordholland 580

Zuidholland 347

Zeeland 106

Noordbrabant 46

Limburg 4

Totaal , . 1895

Daar echter volgens art. 5 der wet van 19 Augustus 1861, (Staatsblad n°. 72) niet meer dan 600 lotelingen bij de zeemilitie mogen worden toegelaten, werden na eene evenredige verdeeling, overeenkomstig art. 1 van Zijner Majesteits besluit van 23 Februari 1888 (Staatsblad n°, 26), voor den dienst ter zee bestemd, uit:

Friesland , . 69

Groningen 55

Drenthe . , 14

Overijssel 40

Gelderland 50

Utrecht , 20

Noordholland 182

Zuidholland 115

Zeeland 37

Noordbrabant 17

Limburg 1

Totaal . . 600

IVde AFDEELING.

Het eindcijfer dezer afdeeling bedraagt / 1 863 964,50 tegen ƒ 1 893 072,663 in 1888.

Dit verschil, voor elk artikel in den toelichtenden staat verklaard, is toe te schrijven aan vermindering van: