MEMORIE VAN ANTWOORD.

605

§ 4. Personeel. In verband met de eischen van het ten vorigen jare herziene programma voor het admissie-examen, is de regeling van het onderwijs aan het Koninklijk Instituut voor de marine te Willemsoord herzien en in aansluiting gebracht met de 3de klasse der hoogere burgerscholen met 5-jarigen cursus. De eigenlijke cursus aan het Instituut zal nu voortaan ongeveer jaar duren, waaronder begrepen, voor de adelborsten der 2e klasse 2de afdeeling, een oefeningstocht van zeven weken op de beide instructie-vaartuigen. Na afloop van den cursus, zullen de adelborsten der 2de klasse, 1ste afdeeling, gedurende vijf maanden embarqueeren op een instructieschip, ter voltooiing hunner practische opleiding. Eerst daarna volgt de benoeming tot adelborst der 1ste klasse. In de maand September jl. is bovenaangegeven regeling van het onderwijs in werking getreden.

Op 1 Juli 1896 bedroeg de sterkte:

aan kanonniers der 1ste klasse 275

aan kanonniers der 2de klasse en milicien-snelvuurschutters 186

Totaal ... 461

Bovendien zijn alle torpedisten der 1ste klasse opgeleid tot snelvuur-schutter. Uit bovenstaande opgaaf blijkt dat sedert 1 Januari 1892 de toestand aanmerkelijk is verbeterd. Blijkens de opgave verstrekt in de Memorie van Beantwoording op het Voorloopig Verslag der Tweede Kamer, betreffende het Vide hoofdstuk der Staatsbegrooting voor het dienstjaar 1893, waren op gemelden datum aanwezig:

kanonniers der 1ste klasse , 155

kanonniers der 2de klasse 55

Totaal . . . 210

Meerdere vooruitgang in de getalsterkte der kanonniers is te verwachten van den maatregel dat de kwartiermeesters, na het verlaten van de opleiding te Hellevoetsluis, voor zooveel noodig, een cursus op het artillerie-instructieschip moeten doorloopen, ten einde te worden gevormd tot commandeurs voor het snelvurend geschut.

Het benoodigde getal kanonniers bedraagt voor het aanwezige materieel 800. •

De nieuwe geweren met verwisselstukken voor de bewapening der zeemacht zijn opgeleverd; het ledergoed en de patronen zijn nog in aanmaak. De nieuwe bewapening zal vermoedelijk in het begin van 1897 kunnen plaats vinden.

Bij de bemanningen der schepen type-„Kortenaer" hebben inderdaad sedert de indienststelling dier bodems, herhaaldelijk belangrijke mutatiën plaats gehad. De noodzakelijkheid daarvan kan intusschen uit het volgende blijken;