( 5^5 )

IETS OVER JAN PIETERSZOON KOEN.

De roemwaardige, en echter veel te weinig bekende, en soms ook al miskende Gouverneur - Generaal van Necrlandsch Indie jan pieterszoon koen, die van 1618 tot 1629 dien post heeft uitgeoefend, of daarmede bekleed geweest is, en van vvien de marre gezongen heeft:

Gij gaaft aan onze magt in Iniit, het leven,

en vALENTYNen dubois metanderen verklaren: „ dat geen van al zijn opvolgers met hem kan vergeleken worden," deze stichter van Hollands magt op Java zal, zonder dat het noodig is, daarvoor eene apologetische voorafspraak te maken, wel der moeite waardig geacht worden, dat men iets aan het geheugen der lezers, nopens hem en zijn geslacht, herinnere, hetwelk juist niet zeer algemeen bekend is.

Onze bijdrage kan zeker zijnen roem even weinig vermeerderen , als de voortreffelijke lofrede van den Heer DE serière , op den 24. April 1824 gehouden , in het XI. deel der Verhandelingen van het Bataviasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen te Batavia, door den Heer van der vinne, Secretaris van het Batayiasche Genootschap goedgunstig aan onze Redactie medegedeeld, denzelven verhoogd, maar die echter door de keurige voordragt niet minder dan door den veelal zaakrijken inhoud, zeer veel tpegebragt heeft, om de half vergeten nagedachtenis van die» onvergeteiijken held, bestuurder en staats-