HET SPORTBLAD.

9

't doeltrappen — komt neer, zegt „paf" en blijft roerloos liggen.

Het behin van den wedstrijd is niet als alle begin. Er is ditmaal geen terreinverkenning of iets dergelijks. De wedstrijd is dadelijk hevig. De Spartanen ondernemen subiet een scherpen aanval en wanneer er op mijn chronometer precies 87 seconden gespield zijn, heeft Jeekel in het V.O.C.-doel het al moeilijker gehad dan menige doelman in 'n hielen wedstrijd van 90 minuten. Hij hidi z'n heiligdom echter schoon, hoewel bij danig geschrokken was. Van dien schrik heeft bij zich in de eerste helft niet geheel kunnen herstellen. Hij was soms zeer onzeker en miste dat scherpe oog op den bal, dat we anders zoo in hem bewonderen. Eerst na de piuüe was bij wesr de oude — in de rust nam bij tegelijk met Willing 'd heete rumgroc — en toen toonde bij zich weer g*heel de vernuftige doelverdediger, die nog eens 'n gooi hoopt te doen naar een plaa'ejs onder 'n internationale lat, mogelijk wordt zoo 'n ding na afloop van deze sombere tijden nog wel eens in mekaar getimmerd.

Sparta is het enrnte kwartier stukken sterker geweest dan V.O.C. Ze kreeg tal van hoekschoppen te nemen, maar geen een leverde er wat op. De Groot kopte mooi naast en Ruffelse schoot langs. V.O.C. verdedigde hardnekkig en gaf geen kamp. Het geslacht Stenger had een afgevaardigde gezonden om Bronger te vervangen en slaagde daarin wonderwel. Voorloopig bleven de Roodwitte doelpunten uit.

Totdat eindelijk in een schermutseling en nadat v. d. Wolk mooi opgebracht had, de Groot op onheilspellende wijze het rechterbeen optilt en een bal in hét V.0 C.-doel ploft. 1—0.

De vreugde in het Sparta-kamp duurde niet lang, want Roodzwart neemt het offensief en maakt het Van der Zee geducht lastig. Vermaas, dien ik altijd een uiterst fijn voetballer vind, manoevreert allerhandigst over het veld en geeft het leder onverwacht aan Brandt. Deze vlugge rechtsbuiten snelt met den bal weg en plaatst bg den ongedekt staanden J. van der Sluijs, die met een zuiver gericht schot aan den Spartadoelman het nakijken geeft. De stand is gelijk 1—1. Zeggen dat, er toen van de jongenstribune een storm van enthousiasme over het veld kwam waaien, zou een leugen zgn. Toch was het een fraai doelpunt, maar wat malen de getralieden er om?

De jonge Groosjohan had ik in tijden niet zien speler?. Ik verklaar hst met de geleerden eens te zgn: een speler met een toekomst. Het kereltje paart wijsheid aan weergalooze handigheid. Ballen, die volgens de menschelijke berekeningen van den scheidsrechter „uit" moesten zgn, hield hij „in" en hij heeft verschillende aadere wetten van de voortbeweging en van Ha zwaartekracht nmv«re«worr)fin. P»

weet de reden niet, maar hij doet me denken aan een goedbrstuurden ping-pong-bal. Misschien is die indruk gewekt door de verschijning van z'n buurman Borgh — 'n vleezige zware bal gehakt — die een ware tegenstelling met Groofjiïhan levert en die o zoo log over het, zij het dan he'él zware veld voortwentelt. Borgh is, al heeft bij soms verdienotelijke oogenblikken, wel de roiaste man in de Spartavoorhoede. Op een harr*, droog veld zal hij misschiea beter voldoeD.

V.O.C. heeft na den gelijkmaker nog een poosje v. d. Zee belegerd; v. d. Sluijs en Nsurdeoburg hebben een paar vinnige echoten afgegeven en de laatste was ongelukkig mtt een harden hal tegen de boverlat.

Van der Wolk verplaatst dan het spel en geeft een scherpen voorzet, dien Jeekel achter werkt. Bij den hoekschop zien we Ruffclse's hoofd plotseling op'uiken en di bal belandt ten tweede male in het V.O.C. eet 2—1.

De RDodzwarten geven het nog lang niet op. Boerdam da nieuwe V.O.C. spil breekt menigen atnval en speelt een sdiede spel. Hij voedt uitstekend, maar ziju voorhoede verknoeit haast eiken bal. Neurdenburg wil wel, maar wordt zenuwachtig bg tegenslag en tracht het dan met een boos gezicht weer in orde te maken.

Even voor de rust maakt Ruffelse met een ouwerwetschen trap een derde doelpunt voor Sparta en alzoo pauseeren we met een 3—1 stand.

Van de tweede helft heb ik geen zin u een lasg verhaal te doen. Behoudens een paar aanvallen van V.O.C, meestal geleid door Beijers of Brand, is Sparta bijna voortdurend in het voordeel geweest. Die tweede helft deed me denken aan de vo rhistorische ontmoetingen tusschen Sparta en Rapiditas zaliger nagedachtenis, als de laatste zoo'n heelen middag lang, taai en klefferig verdedigde en 5 minuten voor tijd ém uitval deed en dan den wedstrg'd won.

Ook nu heeft Sparta biina voortdurend aangevallen en toch had V.0 C. haast de eer van het doelpunt gehad, fcls Boerdam z'n strafschop had weten te benutten. Geen enkele maal heeft de Roodwitte voorhoede Jeekel kunnen pasteeren. De V.O.C.'ers hadden al hunne mannen naar achter gehaald en op die muur hebben de Spartanen telkens de koppen gestooten. Telkens passeerden Ruffelse—van der Wolk hun ouden vriend Arnold Hörburger, maar ook telkens leden ze schipbreuk in het gezicht van de kust.

Het bleek inderdaad „a long long way to Tipperary"

Ea het was en het bleef 3—1.

De Roodwitten zijn thans e'e'a puatje minder kwijt dan hunne ouda tegenstanders van den Was3enaarschen weg. Alles wat Spartaansch voelt in de Rottestad krijgt weer hoop op 'n ni#»uw k«mninenechap. -

A. A. KNUIJVER & ZONEN, ™BS,5LS

Hofleveranciers van H.H.M.M. de Koningin en

de Koningin-Moeder en Z.K.H. Prins Hendrik. ~VT A 11HFT ^

Ged. Raamstraat 11 en 12, 's-GRAVENHAGE.

TELEFOON H 863. ; IJS »JXpr.WJiiB*