614

MARINEBEGROOTING VOOR HET DIENSTJAAR 1918.

niet de geheele som van 4,2 millioen te gebruiken. Is achterstand bij de vloot toch reeds moeilijk in te halen, vooral in de jaren die komende zijn zal dit het geval wezen. Afgezien toch van de voorstellen der staatscommissie, zal reeds de opruiming van het oude materieel, door dezen Minister zoo krachtig ter hand genomen, ten gevolge hebben, dat in de leemten daardoor in de sterkte onzer vloot ontstaan, zal moeten worden voorzien op de een of andere wijze.

En komen er dan straks de belangrijke aanvragen bij overeenkomstig de adviezen van de staatscommissie, dan zal inhalen van achterstand nog te bezwaarlijker worden. Vandaar dan ook, dat ik gaarne mijn stem zal geven aan de thans aangevraagde torpedobooten, te meer waar deze, gelijk reeds is opgemerkt, passen in elk stelsel van defensie. Ook dat de Minister die torpedobooten van eenigen grooteren omvang heeft genomen, wat de tonnenmaat betreft, verdient m. i. toejuiching. Men behoeft zich toch niet te verschuilen achter ministeriele adviezen of achter adviezen van ministerieele adviseurs, doch eenvoudig een vergelijking te maken met hetgeen het buitenland aan dit materieel heeft, om overtuigd te worden dat deze aanvraag goed is, al zou een leek zich wellicht een oogenblik de vraag stellen, of enkele kanons van lichter kaliber op deze torpedobooten bovendien niet gewenscht zouden zijn. Zou nu inderdaad de geachte afgevaardigde uit Weststellingwerf willen, dat aan zijn adviezen meer waarde werd gehecht dan aan die van de marinedeskundigen ?

Hij vergeve mij dat ik dit niet doen kan. Hij heeft Vrijdag jl. hier weer het bewijs geleverd, dat het gevaarlijk is om hem te volgen. Indien er iemand in deze Kamer is die geleeraard heeft, dat wij niet moeten hebben pantserscheepjes, die tegenover de buitenlandsche dreadnoughts toch niets zullen kunnen uitrichten, maar dat, als wij ons wenschten te verdedigen, dit zou moeten geschieden door klein materieel, dan is het geweest de geachte afgevaardigde. En nu deze aanvrage komt om klein materieel, alleen iets grootere booten, die daardoor sneller zullen kunnen varen en beter zullen bewapend zijn, nu klaagt hij over de duurte.

Ik wensch evenmin zijn advies te volgen, en hij rekent toch niet dat de Minister het doen zal, wanneer hij zoo gemoedelijk tot de Kamer de waarschuwing laat hooren om toch niet het geheele bedrag van 4.2 millioen te gebruiken en een appeltje te bewaren voor den dorst.

Mijnheer de Voorzitter! De appeltjes die de geachte afgevaardigde zou willen bewaren voor den dorst, zijn zoo droog als kurk. Niet omdat de Minister behoort tot rechts, omdat de Minister speciaal behoort tot de partij, die met vreugde geld uitgeeft voor alle mogelijke militaire uitgaven. Ik had gehoopt dat ook de geachte afgevaardigde uit Weststellngwerf geluisterd had naar het advies, dat door dezen Minister van Oorlog gegeven werd bij de behandeling van de Oorlogsbegrooting : laat ons nu