268

DE VEREENIGDE TIJDSCHRIFTEN

Lamond een concert aankondigde al een paar dagen van te voren geen plaats meer krijgen kon.

Hoe het ten onzent zal gaan? Wie kan het zeggen? Maar als ik zoo de programma's van concertvereenigingen en concertagenten zie, dan geloof ik toch wel heel wat teleurstellingen te kunnen voorspellen. Veel belangrijks wacht ons. Richard Strauss komt en te zijner eere zal het Concertgebouw een groot muziekfeest geven; voorts zullen wij den wereldvermaarden Italiaanschen dirigent Toscanini leeren kennen. Het heeft al meer dan eens bevreemding gewekt, dat deze groote man voor ons land een onbekende scheen te moeten blijven. Aan een verzuim behoeft men echter niet te denken; de dirigent is om zoo te zeggen te vangen als een aal bij den staart, staat altijd — om het maar stout uit te drukken — met zijn eene been in Italië en met het andere in Amerika. Maar nu eindelijk is het gelukt; voor zijn vertrek naar de Nieuwe wereld komt Toscanini een paar concerten in ons land dirigeeren, dank zij de goede zorgen van het Amsterdamsche Concertgebouw-bestuur. Ook de Italiaansche pianist-componist Alfredo Casella wordt verwacht en met hem een reeks beroemdheden; zelfs het Rus¬

sische Ballet uit Parijs, maar daarvan mag ik nog niet te veel verklappen.

In de Opera te Parijs is dezer dagen iets bijzonders voorgevallen. Een commissaris van politie heeft, even voor het begin van de voorstelling van Verdi's Rigoletto, beslag gelegd op het libretto en wel op verzoek van een zekeren mijnheer Durdilly. Iets nieuws is het niet. Victor Hugo, de schrijver van „Le Roi s'amuse" ergerde zich in 1857 hevig aan den tekst van Verdi's opera, welke tekst vervaardigd was door Piave met gebruik of liever misbruikmaking van Hugo's werk. De groote schrijver verzette zich tegen deze verhaspeling van zijn geesteskind, doch zijn verzet hielp niet; de rechtbank stelde Victor Hugo in het ongelijk. Nu wil mijnheer Durdilly het spel blijkbaar weer beginnen. Hij heeft een tekst geschreven, die bij de muziek van Verdi past, die eveneens aan het beroemde werk van Victor Hugo ontleend is, zonder dat te verhanselen; en hij wil nu dat zijn tekst gebruikt zal worden, uit respect voor Victor Hugo. In elk geval heeft de Opera-directie zich niet laten intimideeren, de voorstelling is gewoon doorgegaan en men zal Rigoletto blijven geven, rustig afwachten wat er van komt.

NederlandscheToonkunstenaars-Vereeniging

OFFICIEEL ORGAAN

Bemoeiing der Nederl. Toonk. Ver. tegen de knoeiers bij het muziekonderwijs,

door J. VINCENT.

Nu de Staat der Nederlanden voor de zooveelste maal blijk heeft gegeven, zich aan „het geven van muziekonderwijs" niets te laten gelegen liggen; nu, èn door den oorlog, èn door de daaruit voortgevloeide maatschappelijke toestanden, het vak van „muziekleeraar" nog meer dan vroeger, als

een „toevlucht voor behoeftigen" wordt tebaatgenomen, wil ik aan Bestuur en Leden der Ned. Toonk. Vereen, de vraag voorleggen: „Ligt het niet op den weg der N. T. V. tegen al die knoeiers, beunhazen, en wat zij meer zijn, front te maken, en met alle ten dienste staande middelen hen te bestrijden?"

Zeer zeker heeft de N. T. V. al veel gedaan voor verbeterd onderwijs, want, toen voor ruim 45 jaar uit een gesprek met den toenmaligen minister bleek, dat