betrekking hebbende op de omwenteling in 1813/14. 59

omme in Naam van Z. D. H. den Heere Prince van Oranje het commando op zich te neemen van 's Lands Corvet cle Linx alsmede. Van de Reede van Helvoet.

Tot dat einde zal Hij zich zonder verwijl, naar zijne destinatie begeeven en Van alle Zijne Verrigtingen behoorlijk doen rapport.

's Hage den 19 November 1813.

F. van der Duvn G. K. van Hogendorp.

van Maasdam. L. Grave van Limburg Stirum.

De geheele scheepsmagt dient aanstonds gebruikt te worden, om alle Communicatie tusschen Gorkum en Braband af te snijden en gevangen te neemen al Wat zig verzet of gewapend Overkompt.

2. Commissie aan F. H. Ampt.

21 Nov. 1813 1).

In naam van Zijne Hoogheid den heere Prince van Orange. Het Algemeen Bestuur authoriseert en gelast bij dezen aan

Februari 1814, n°. 71 (afschrift door p. J. van Zuylen van Nijevelt aan den commissaris-generaal van marine overgelegd). — Hij was de oudste zoon (1775—1855) van Jacob van Zuylen van Nijevelt (1739— 1805), president-wethouder van Rotterdam en Adriana Maria Cornets de Groot. In „Brieven en Gedenkschriften van G. K. van Hogendorp IV. 399" legt GlJSBERT Karei, o. a. omtrent hem aan den Souvereinen Vorst als getuigenis af: „De drie broeders huig, Cornelis en paulus van Zuylen van Nijevelt hebben zich van het eerste uur af tot alle diensten aangeboden. Ik kan U. K. H. onmogelijk alle diensten in het bijzonder opnoemen, die zij gedaan hebben, maar ik weet, dat ik gedurig den eenen of den anderen van hen onder mijn oogen had om verslag te doen en om nieuwe lasten aan te nemen. De Heer paulus heeft bepaaldelijk Helvoet in het oog gehad, eene plaats daar mijn hart zo zeer op gesteld was" ....

De commissie is een der bewijzen van het als onafhankelijke regeerders optreden van het driemanschap, vóórdat Van Hogendorp en Van der Duyn het Algemeen Bestuur op zich hebben genomen (21 November). Zij is niet tot uitvoering kunnen gebracht worden, omdat de Fransche scheepsmacht Hellevoetsluis eerst den 6<=n December heeft verlaten. Commandant van het tot die scheepsmacht behoorende korvet de Lynx was de fregatskapitein DlBBETZ, die, omdat hij zich met zijn schip niet van de flotielje kon verwijderen, dit den 29e" November met de equipage verlaten heeft, en zich bij Kikkert te Rotterdam is komen melden. Niet onwaarschijnlijk is, dat hij van te voren zich reeds in verbinding had gesteld met Van Zuylen.

Zoodra Hellevoetsluis van de Franschen bevrijd was, is laatstgenoemde krachtens bovenstaande commissie als commandant van de reede opgetreden.

l) Naar een fac-simile van het oorspronkelijke (in het bezit van Mevr. H. J. Reerink—Ampt te Lochem). F. H. AMPT, cadet bij de